fransch financier, geb. te Bayonne 1767, overl. te Parijs 1844, was zoon van een timmerman en maakte fortuin te Parijs, waar hij bij den bankier Perregaux als boekhouder in betrekking kwam en wiens deelgenoot en opvolger hij werd. In 1809 werd L. beheerder van de Banque de France; in 1813 voorzitter van den Rechtbank van koophandel, in 1814 gouverneur der Bank, en in 1816 lid van het parlement.
Als zoodanig werkte hij mede tot de verheffing van den hertog van Orléans op den fransehen troon. Zijn huis was kort voor het uitbreken der Juli-omwenteling zelfs het hoofdkwartier der revolutionnairen. Van 1830—1831 zetelde L. in het ministerie, eerst als minister zonder portefeuille, later als minister van financiën, en premier, maar kwam op slechten voet èn met de rechter- èn met de linkerzijde door zijn beginselloos optreden. Na zijn ontslag bleef hij als kamerlid aan het staatkundig leven deelnemen aan de zijde der radicale oppositie.