Gepubliceerd op 17-02-2021

Halmahera

betekenis & definitie

Almaheira, Djilolo, Gilolo, eiland, een der Molukken, ligt tusschen 2° 14' N.B. en 0° 56' 20" Z.B., en 127° 21' 10"—128° 53' 15" O.L. van Gr., beslaat met de langs de kust gelegen eilandjes een oppervlakte van ongeveer 18.000 km.2, bestaat uit vier, door diep landwaarts dringende inhammen onderling gescheiden schiereilanden en komt in gedaante eenigszins overeen met Celebes. Het noordelijke en zuidelijke schiereiland behoort tot het sultanaat Ternate, de beide andere tot het sultanaat Tidore.

De kust is rijk aan bochten en baaien, hier djiko geheeten, waaraan in den regel de hoofdplaatsen der districten gelegen zijn. Elk der schiereilanden is in het midden bezet met een woudrijke bergketen, die, zelf de lengte-as volgend, talrijke zijtakken uitzendt, die op vele punten de kust bereiken. H. heeft meerdere vulkanen, als op de westkust van het noordelijk schiereiland de 1800 m. hooge Gamkonorah, in het gelijknamig district. Het eiland is, evenals Celebes, een samenstel van archaeïsche en palaeozoïsche bergmassa's, met daarvoor gelegerde vulkanen. Grootere rivieren ontbreken, gevolg van de terreinsgesteldheid, en zelfs de grootste, de Kaoerivier, is slechts bevaarbaar voor kleine prauwen. Het district Galéla bevat vele meren.

De bevolking wordt op 30.000 zielen geschat, waarvan f)/6 het gebied van Ternate bewoont. De bewoners van Tidoreesch-H. zijn allen mohammedanen; in het Ternataansche gedeelte hebben de Alfoeren de overhand. De mannen zijn over het algemeen krachtig gebouwd, sterk behaard, met regelmatige trekken; hun kleeding bestaat uit een schaamgordel en een hoofddoek. De vrouwen zijn zwak en ineengedrongen van gestalte. Woningen, wapens, taal en maatschappelijke gebruiken zijn in de onderscheidene districten zeer verschillend. Het hoofdvoedsel bestaat overal uit sago; sagoeweer, die getapt wordt uit den arenpalm, is de algemeene drank; landbouw, jacht en visscherij zijn de hoofdbezigheden.

De voornaamste voortbrengselen van het eiland zijn rijst, sago, kokosnoot, parelmoer, tripang en dammar. De bossehen bevatten vele bruikbare houtsoorten, doch door het ontbreken van goede waterwegen is het transport vol bezwaren. De handel van H. is onbeduidend; Chineezen en Makassaren van de hoofdplaats Ternate zetten er geringe hoeveelheden lijnwaden en voorts artikelen van opschik van de hand. Vroeger waren de bewoners van H., vooral die van het district Tobélo, beruchte zeeroovers. Koppensnellen kwam hier vroeger voor, thans niet meer. Het klimaat van H. is zuiver tropisch.Het Ternataansch gedeelte van H. heeft 11 districten: Dodinga, Sidangoli, Djailolo, Sawoe, Gamkonorah, Tolofoeö, Loloda, Galéla, Tobélo en Kaoe op het noordelijk en Gaané op het zuidelijk schiereiland; het Tidoreesch gebied 3 districten: Maba, Patani en Wéda. Deze districten worden bestuurd door uit het volk gekozen hoofden met den titel sangadji. De sultan van Ternate heeft overal in het tot zijn gebied gerekend gedeelte agenten, die voor de uitvoering zijner bevelen waken. Het nederlandsch gouvernement is vertegenwoordigd door eenige posthouders.

< >