Gepubliceerd op 17-02-2021

Gezelschapseilanden

betekenis & definitie

Societeits-eilanden, fransche eilandengroep in den Grooten Oceaan, tusschen 16 en 18° Z.B. en 148 en 153° W.L., door een breede zeestraat in twee kleinere groepen gescheiden, de eigenlijke G. (471 km.2 groot), op grond van hun ligging ten opzichte van den passaatwind ook Eilanden onder den wind (engelsch Windward Islands) geheeten, in het n.w., en de 5 Georgische of Tahiti-eilanden, of Eilanden boven den wind (1179 km.2 groot), in het z.o. De eerste of westelijke groep bestaat uit de eilanden Raiatea (194 km.2 groot, tot 608 meter hoog), Huahine of Hoeaine (73 km.2), Tahaa (82 km.2), Borabora (24 km.2), Maoepiti, Toebai of Motoe-iti en eenige kleinere.

De tweede of oostelijke groep bevat het hoofdeiland Tahiti (1042 km.2), naar hetwelk dikwijls de geheele archipel benoemd wordt, verder Eimeo of Morea (132 km.2) enz. De oppervlakte der gezamenlijke G. bedraagt 1650 km.2 Allen zijn omgeven door groote koraalriffen, waarachter vele uitmuntende, doch moeilijk toegankelijke havens liggen. De G. behooren tot de hoogste van Polynesië. De hoogste berg is de 2231 meter hooge Orohena op Tahiti; de overige eilanden bereiken geen van allen een grootere hoogte dan 900 meter. Het delfstoffenrijk levert ijzer, toonaarde, zwart bazalt, zwavel en zout; dit laatste leveren de talrijke meren. Vliegende honden en andere vledermuis-vormen zijn de eenige wilde zoogdieren. De vogelfauna bevat een dozijn landvogels, waaronder zangvogels, duiven, papegaaien en ijsvogels, en verder tal van wateren woudvogels, meest behoorende tot geslachten met een uitgestrekt verspreidingsgebied.De flora is die van Oceanië in het algemeen. De bevolking, door Cook en Forster op honderdduizenden geschat, was in elk geval vroeger veel talrijker dan thans, nu zij door overbrenging van een menigte besmettelijke ziekten en overneming van allerlei schadelijke gewoonten sterk is verminderd; zij bedroeg in 1897 op de geheele groep ongeveer 18.000 zielen, n.l. op de eilanden boven den wind ruim 6000 en op die beneden den wind ruim 12.000; allen belijden het christendom. De inboorlingen zijn krachtig gebouwde, groote Polynesiërs; die der eigenlijke G. bouwen goede woningen, smeden ijzer en maken vaartuigen. Ten tijde der ontdekking heerschten er verschillende erfelijke vorstengeslachten, wier invloed echter door een soort adelstand zeer werd beperkt. De bewoners legden toenmaals zachtheid van karakter en zin voor vroolijkheid aan den dag; zij betoonden zich in het vervolg zeer ontvankelijk voor de europeesche beschaving. De prot.-engelsche en kath.-fransche zending heeft op de G. vele kerken en kapellen en ook scholen opgericht. De G. vormen het hoofdbestanddeel der kolonie Fransch-Oceanië, waarvan Papeëte op Tahiti de hoofdplaats is.

< >