Gepubliceerd op 20-01-2021

Djokjakarta

betekenis & definitie

1) Residentie of gewest aan de zuidkust van Midden-Java, grenst ten n. aan Kedoe en Soerakarta, ten o. aan Soerakarta, ten z. aan den Indischen oceaan, ten w. aan Bagelen, beslaat een oppervlakte van 3109V2 km2, (met inbegrip der enclaves) en telde 1895, 31 Dec., 814,959 inw., waaronder 2503 europeanen, 3857 chineezen, 85 arabieren, 144 andere vreemde oosterlingen, en 808370 inlanders.

Het gewest II, of Jogjokarta, dat met het gewest Soerakarta de zg Vorstenlanden vormt, beslaat volgens het regeeringsreglement van 1899 uit het sultansgebied en het gebied van vorst Pakoe-alam; het sultansgebied telt 9 regentschappen nl

1 De hoofddplaats Djokjakarta (zie beneden);
2 Sloeman, verdeeld in 7 districten: Gedeait, Djoemeneng, Mlati, Ngidjon, Camping Klegoeng-en-Angin, Angin,
3 Kalnsan, met 9 districten : Tmogiri (Djokja) Tmogiri (Solo), Pakem, Bedjowinaiigoei), Berbah, Djanihon, Bjcdjerati, Kradjangeiidingan, Pasargede,
4 Bantoel, met 7 districten Kretek, Srandakan, Sewou, Tjepit, Pandak, Panggang, Djanden;
5 Goeuoeng-kidoel, nui » dMm ton "Wonosari, Semanoe en Plajen ,
6. Djanggoelan, met 10 districten • Kedoenggoebah, Temangal, Wadas, Crtgah, Wonoredjo, Kenteng, Poendak, Kamal, Djatingaran, Aangoelan, Selomirah, Penng, Pripih, Tjebongan, Kedoengginng en Sermo,
7 Kalihnu a oir, mot 10 districten Djomblangan, Ngangon, Klepue. kodnengiong. Salakmalang, Boro-wetan, Boro-koelon, Dondong, 'i’oeksongo, Dekso, Semaken, Degan, Samtgaloeh, Ayaltan, Kahbawang cn Doewet,
8 Sentolo, met ló districten Bantar, Djelaban, Kli- bondol, Djlegongmetbajan, Djlegoïig-karangwetnn, Wora- wari. ^nknpontjo Kenteng, Maliesan, Nglendai, Toehin, K????, Gegoeioe en Sentolo;
9. Pengasih, met 11- districten Serang, Djasoetan, Banjoemeneng. Vjnplal-nn. Djomhokkan, Banaran, Kedoeng- sago, 1m d*»i n.g.ilii Boetoeh, Panggang, Mahesan-kileii, .Mahesan-wetan, Djantoeranen Pangasih ,

De 9 regentschappen tellen tezamen 6746 dessa’s en kampongs.

Het Pakoe-alams-gebied telt écu regentschap A d ikarto, met 2 districten Sogan en Galoer.

Het land is zeer bergachtig en alleen in het zuiden, tusschen de rivieren Kali Progo en Kali Opak vlak; het n. en w. bevat de hellingen en uitloopers van den Merapi, een nog werkenden vulkaan (2866 m. hoog), aan welks top drie residentiën saamkomen, nl.

1)., Soerakarta en Kedoe; het o. is een heuvelland en bevat het zg. Duizendgebergte, een uitgestrekt kalkgebergte, dat zijn naam ontleent aan de vele hallkogelvormige toppen die het bevat De voornaamste rivieren van D., allen echter onbevaarbaar, zijn de Kali Progo, die in Kedoe, en de Kali Opak, die aan de zuidhelling v/d Merapi in D. ontspringt; beiden hebben talrijke nevenrivierem eerstgenoemde vormt met haar zijrivier, de Kali Krasak een deel der n.w. grens; het middendeel van I), is, door zijn rijke besproeiing, uitermate vruchtbaar, en levert groote hoeveelheden suiker, indigo, rijst; het n. is veel minder vruchtbaar, het o. bestaat uit schrale, waterarme kalkgronden, bij Nangoelan en Goenoeng Kidoel komen uitgestrekte steenkoollagen voor; overigens bevat de bodem kostbare marmersoorten en goud (bij Kalasan en Sorogeding). In weerwil van den natuurlijken rijkdom des lands is de bevolking arm, tengevolge der afpersingen van de zijde van de leden van het vorstenhuis van I)., van den adel, onvoldoend bezoldigde ambtenaren en hoofden, drukkende heerendiensten, woeker en opuimschuiven. Landbouw is het hoofdmiddel van bestaan der bevolking. Een staatsspoorlijn verbindt de hoofdplaats met Poerworedjo, Bandong, Buitenzorg en Batavia, een lijn der Ned.-Ind. spoorweg met Solo en Semarang; een net van wegen stelt haar overigens in gemeenschap met de gelijknamige hoofdplaatsen der verschillende regenschappen en die der aangrenzende residentiën; de geheele bevolking moet bijdragen in de kosten van het onderhoud dier wegen, dat in de laatste jaren in vrijen arbeid geschiedt. (Zie voorts ook Vorstenlanden).
2). Djokjakarta, hoofdplaats der gelijkn. residentie, in bevolkingssterkte vijfde stad van Java, ligt onder 7° 48' 13" Z. B. en 110° 21' 46" O. L., aan den z.z.w. voet v/d Merapi, aan den rechteroever der Kali O pak, 59.000 inw. De stad bestaat uit een oud en een nieuw gedeelte; het eerste, een saamhangende reeks kampongs, bevat het oude fort Rustenburg, het huis van den resident, een prot. kerk, een spoorwegstation, en talrijke europeesche woningen ; het nieuwe, Toegoe geheeten, door een weg die door de wijk der chineezen loopt met het oude verbonden, bevat het nieuwe spoorwegstation, vele europeesche woningen enz. Van de oude stad voert een weg naar het terrein van den kraton, de voornaamste merkwaardigheid van D.; deze kraton, die allerlei gebouwen, vele kampongs, wegen en pleinen, alsmede het verblijf van den sultan van D. en het voormalige waterkasteel (vroeger een vorstelijk lustverblijf op een kunstmatig eiland) bevat en als een stad op zichzelf is, heeft een omtrèk van ruim een uur gaans ; het verblijf van den sultan alleen herbergt ongeveer 15 000 menschen, het overig deel van de kraton de eenige duizenden man sterke lijfwacht van den vorst, wier leden pradjoerits heeten, voorts de ambtenarenwerklieden des sultans, die alleen ten behoeve v/d vorst allerlei beroepen uitoefenen; de kraton werd in 1760 aangelegd, tegelijk met het fort Rustenburg, dat hem geheel bestrijkt.

< >