De Haarsterren. Familie van Zeeleliën (Crinoidea, Anthoidea, Crinidea); de hiertoe behoorende soorten zijn allen in den jeugdigen toestand van een steel, columna, voorzien, waarvan het overblijfsel later wordt teruggevonden in de rugplaat of de zg. knop, die het midden van den kelk aan de rugzijde bedekt, en waaraan kransen van ranken, cirri, staan; deze rugplaat, die doorgaans rond of afgestompt vijfhoekig, zelden (bij het geslacht Phanogenia) stervormig is, overdekt de tot een enkel rosetvormig stuk vergroeide grondstukken, basalia, en de eerste straalstukken, radialia primaria ten deele of geheel; het kelkdek wordt gevormd door een weeke huid, waaraan zich bij de meesten (geslachten Coma tula of Antedon, Alecto) de mond in het midden, bij anderen (geslacht Actinometra) nabij den rand bevindt; een tot een buisje verlengde aars is gewoonlijk aanwezig. Uit-, gezonderd de soort Ophiocrinus indivisus, die geheel onverdeelde armen heeft, hebben alle bekende haarsterren 10 armen; bij sommige soorten blijven dezen onverdeeld; bij andere ontstaan door een zich herhalende verdeeling tot 40 armen (bij de soort Actinometra multiradiata). Men kent een 40-tal soorten; daarvan leven vier in het noordelijk deel van den Atlant. oceaan, éen in de Poolzee en twee in de Middell. zee; de overige soorten zijn verdeeld over het zuidelijk gedeelte van den Atlant. oceaan, de Roode zee, den Indischen en den G-rooten oceaan.
Inloggen
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Favorieten
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen:
- Je eigen Ensie account
- Direct toegang tot alle zoekresultaten
- Volledige advertentievrije website
- Gratis boek cadeau als welkomstgeschenk