1) Inlichting ; bericht; antwoord, bejegening, (kwaad, goed, onredelijk, dwars, B. geven); opontbod (op uw bescheid ben ik dadelijk hier gekomen);
2) in het meervoud, Bescheiden: geschreven stukken, schriftelijke bewijzen, bewijsstukken; Bescheiden als werkwoord : bepalen, ontbieden.