1. Arrondissement van het fransche departement Vaucluse, omvattende de 5 kantons (met 21 gemeenten):.
Kantons Oppervl. in K.M2. Inw.
Avignon-Nord, 2 gem. ) 98¼ 24.901
Avignon-Sud, 1 gem. ) 21.201
Bédarrides 101¼ 10.901
Cavaillon 161½ 14.901
L’Isle 172½ 14.801
Totaal 534½ 86.700
2. Hoofdstad van het fr. dept, Vaucluse en van het arr. Avignon, aan de Rhône en de Sorgues, 595 km. van Parijs, aan de lijn Parijs-Lyon-Marseille-Nizza; rechtbank eerste instantie, beurs, museum, handel, fabriekswezen ; 45.000 inw. De in 1303 hier geopende hoogeschool werd in 1794 opgeheven. Binnen zijn oude geweldige muren bevat A. vele belangwekkende monumenten en bouwwerken, waaronder het pauselijk paleis, gebouwd van 1336 tot 1370, na de groote revolutie ingericht tot kazerne ; de meeste der vele kerken (de Saint-Agricol, de SaintPierre, de kapel van de Pénitents noirs de la Miséricorde) zijn ruim van allerlei kunstschatten voorzien, evenals het Calvet-museum ; de jardin des plantes (botanische tuin) met het museum van natuurlijke historie is een legaat van den natuurkundige Requien. A. was oudtijds de hoofdstad der Gallische Cavaren, en heette Avenio Cavarurn, ook Avenicorum civitas; in 412 werd de stad door de Bourgondiërs genomen ; Clovis belegerde haar lang vruchteloos; Karel Martel verdreef tweemalen de Arabieren van hier; gedurende het laatste tijdperk der middeleeuwen behoorde zij tot het gebied der graven van Toulouse en van Provence; paus Clernens V en zijn zes opvolgers tot Gregorius XI resideerden te A. (1309—1377); tot 1789 bleef A. een bezitting van den pauselijken stoel, en werd bestuurd door een legaat; 4 Sept. 1791 werd haar vereeniging met Frankrijk bekrachtigd bij dekreet van de nationale vergadering. In 1475 werd zij zetel van het aartsbisdom A.
