Op-en-top Nederlands

Frens Bakker, Els Ruijsendaal, Paul Uljé, Dick van Zijderveld (2022)

Gepubliceerd op 11-04-2022

full-size

betekenis & definitie

(bijvoeglijk naamwoord)

[alg.] levensgroot, in vol ornaat; op ware grootte, op vol formaat

- Deze afbeelding is niet overdreven groot, maar is op ware grootte.
- En plots stond-ie daar. In vol ornaat, alsof hij niet tien jaar was weggeweest.

< >