o. (-s),
1. kleine uil.
2. uil (3.), nachtuil; — een uiltje vangen of knappen, een slaapje, een dutje doen.
3. (fig.) lichte meid die ’s avonds rondloopt: de uiltjes beginnen te vliegen.
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: