Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Gepubliceerd op 01-01-2021

SPEELGOED

betekenis & definitie

o. (-eren), (meest coll.) voorwerpen waar kinderen mee spelen; — een enkel zodanig voorwerp noemt men een stuk speelgoed; — (oneig.) voorwerpen waarmee men omspringt als kinderen die spelen: vuurwapens zijn gevaarlijk speelgoed; een schip is geen speelgoed, men moet onderlegd zijn in de zeevaart om het te kunnen besturen.