Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Gepubliceerd op 01-01-2021

Maankop

betekenis & definitie

I. MAANKOP

(-pen),

1. m., de onbehaarde bolronde doosvrucht van verschillende papaversoorten;
2. v., de papaverplant, inz. de Papaver somniferum of zwarte heul;
3. o., het verdovend sap door insnijding uit de maankop verkregen.

II. MAANKOP

m. (-pen), (gew.) naam voor de gewone vink.