Definities van Groot woordenboek der Nederlandse taal in de Ensie P
- Prinsenleven
- Prinsenvlag
- Prinserij
- Prinses
- Prinses-regentes
- Prinsesje
- Prinsesjesman
- Prinsessebier
- Prinsesseboon
- Prinsesseboontje
- Prinsessepudding
- Prinsgezind
- Prinsheerlijk
- Prinsje
- Prinsjesdag
- Prinsmetaal
- Printanière
- Prinzipienreiter
- Prinzipienreiterei
- Prior
- Prior tempore, potior jure
- Prioraat
- Priores
- Priori, a
- Priorij
- Prioriteit
- Prioriteitsaandeel
- Prioriteitslening
- Prioriteitsobligatie
- Prioriteitsrecht
- Prioriteitsschulden
- Prioriteitsvraag
- Priorschap
- Pripper
- Prisca juvent alios : ego me nunc denique natum / gratulor
- Priscianus vapulat
- Prise
- Prisma
- Prismabed
- Prismabeeld
- Prismacamera
- Prismacirkel
- Prismakijker
- Prismakruis
- Prismatisch
- Prismoïde
- Prison
- Priusquam incipias, consulto ; et ubi consulueris, mature facto opus est
- Privaat
- Privaatcollege
- Privaatdisconto
- Privaatdocent
- Privaatdocentschap
- Privaatles
- Privaatonderwijs
- Privaatput
- Privaatrecht
- Privaatrechtelijk
- Privaattrechter
- Privaatzaak
- Privatief
- Privatim
- Privatissimum
- Privé
- Privégebruik
- Privékantoor
- Privéles
- Privéleven
- Privésecretaresse
- Privilege
- Privilegiëren
- Privilegiëring
- Prix
- Pro
- Pro bono publico
- Pro captu lectoris liabent sua fata libelli
- Pro domo
- Pro ecclesia et pontifice
- Pro gratia odium redditur
- Pro parte virili
- Pro ratione voluntas
- Pro studio et labore
- Pro tempore et re
- Pro-consul
- Probaat
- Probabel
- Probabilisme
- Probabiliteit
- Probandum
- Probatie
- Probationis causa
- Probatum est
- Probeersel
- Probeerstang
- Probeersteen
- Proberen
- Probitas laudatur et alget
- Probitas longum perdurat in aevum
- Probiteit
- Probleem