Definities van Groot woordenboek der Nederlandse taal in de Ensie S
- STAPPER
- STAPSTEEN
- STAPVOETS
- STAPVOGELS
- STAR
- Stare sulla corda
- Stare super vias antiquas
- STAREEND
- STAREN
- STARHEID
- STARLINGS
- STARNAKEL
- STAROGEN
- STAROST
- STARRE
- STARREN
- STARRIET
- Stars and stripes
- START
- STARTBAAN
- STARTEN
- STARTER
- STARTERKNOP
- STARTINRICHTING
- STARTKNOP
- STARTKRUK
- STARTLIJN
- STARTMOTOR
- STARTOFFEN
- STARTPEDAAL
- Startpistool
- STARTPUNT
- STARTSCHOT
- STARTSIGNAAL
- STARTSLINGER
- STARTSTREEP
- STARTTOREN
- Stat magni nominis umbra
- Stat sua cuique dies, breve et irreparabile tempus / omnibus est vttae, sed famam extendere factis, / hoe virtutis opus
- STATARISCH
- STATE
- STATELIJK
- STATELIJKHEID
- STATEN-GENERAAL
- STATENBIJBEL
- STATENBODE
- STATENBOND
- STATENCOLLEGE
- STATENJAGHT
- STATENKAMER
- STATENOVERZETTING
- STATENVERGADERING
- STATENVERTALER
- STATENVERTALING
- STATENVLAG
- STATER
- STATICA
- STATIE
- STATIECHEF
- STATIEF
- STATIEFCAMERA
- STATIEFFOEDRAAL
- STATIEFKLEM
- STATIEGELD
- STATIEOVERSTE
- STATIEUS
- STATIG
- STATIGHEID
- STATIGLIJK
- STATION
- STATIONNAIR
- STATIONNEERVERBOD
- STATIONNEMENT
- STATIONNEREN
- STATIONNETJE
- STATIONSBOEKHANDEL
- STATIONSBOOT
- STATIONSCHEF
- STATIONSCOMMANDANT
- STATIONSDAME
- STATIONSDIENST
- STATIONSEMPLACEMENT
- STATIONSGEBOUW
- STATIONSKAP
- STATIONSKIEZER
- STATIONSKIOSK
- STATIONSKLERK
- STATIONSKLOK
- STATIONSKRUIER
- STATIONSPLEIN
- STATIONSRESTAURANT
- STATIONSRESTAURATIE
- STATIONSSTATIONS
- STATIONSSTRAAT
- STATIONSWEG
- STATIONSWERK
- STATISCH
- STATIST
- STATISTE
- STATISTICUS
