Definities van Groot woordenboek der Nederlandse taal in de Ensie S
- STATISTIEK
- STATISTIEKKAART
- STATISTIEKRECHT
- STATISTIEKWEZEN
- STATISTIEKZEGEL
- STATISTISCH
- Statius
- Stator
- STATOSCOOP
- STATUAIR
- STATUEREN
- STATUETTE
- STATUS
- STATUTAIR
- STATUTENLEER
- STATUTENWIJZIGING
- STATUUR
- STATUUT
- STAUROSCOOP
- STAVAST, VAN
- STAVEN
- STAVERZAAD
- STAVING
- STAYER
- Stbl
- Stct
- STEAMER
- STEARINE
- STEARINEFABRIEK
- STEARINEKAARS
- STEARINEKAARSENFABRIEK
- STEARINEZUUR
- STEATIET
- STEATIETVERF
- STEATOPYGIE
- STEDE
- STEDEBOEK
- STEDEBOUW
- STEDEBOUWKUNDIG
- STEDEHOUDER
- STEDEHOUDERSCHAP
- STEDEKE
- STEDEKROON
- STEDELIJK
- STEDELING
- STEDELINGE
- STEDEMAAGD
- STEDENAAR
- STEDENBOUW
- STEDENBOUWER
- STEDENDWINGER
- STEDENSCHOON
- STEDENWIJZER
- STEDEWAARTS
- STEEBEWONER
- STEEDS
- STEEDSHEID
- STEEG
- STEEGHEID
- STEEGJE
- STEEGS
- STEEGSHEID
- STEEJEUGD
- STEEK
- STEEKAKS
- STEEKAN
- STEEKAPPEL
- STEEKBAKEN
- STEEKBALK
- STEEKBAND
- STEEKBANDJE
- STEEKBANK
- STEEKBEITEL
- STEEKBEKKEN
- STEEKBES
- STEEKBIJL
- STEEKBLAD
- STEEKBLOK
- STEEKBOOG
- STEEKBOOR
- STEEKBOORD
- STEEKBORD
- STEEKBOUT
- STEEKBRANDER
- STEEKBRASEM
- STEEKBREM
- STEEKBRIEF
- STEEKCIRKEL
- STEEKCONTACT
- STEEKDEGEN
- STEEKDISTEL
- STEEKDOORN
- STEEKDOOS
- STEEKELGER
- STEEKETIKET
- STEEKGAREN
- STEEKGAT
- STEEKGELD
- STEEKGEWELF
- STEEKGRAAF