Definities van Groot woordenboek der Nederlandse taal in de Ensie A
- Achtervoegsel
- Achtervoet
- Achtervolgen
- Achtervolgens
- Achtervolger
- Achtervolging
- Achtervork
- Achterwaarster
- Achterwaarsteresse
- Achterwaarts
- Achterwacht
- Achterwagen
- Achterwand
- Achterwangen
- Achterwaregge
- Achterwaren
- Achterwaresse
- Achterwater
- Achterwaterloop
- Achterweefkam
- Achterweg
- Achterwege
- Achterwerk
- Achterwerkers
- Achterwerkje
- Achterwezen
- Achterwiel
- Achterwijk
- Achterwimpel
- Achterwinkel
- Achterzaal
- Achterzak
- Achterzeggen
- Achterzeil
- Achterzeilen
- Achterzijde
- Achterzolder
- Achterzomer
- Achterzoom
- Achtgaten
- Achthelmig
- Achthoek
- Achthoekig
- Achthonderd
- Achthonderdmaal
- Achthonderdste
- Achting
- Achtingswaard(ig)
- Achtjarig
- Achtje
- Achtkant
- Achtkanter
- Achtkantig
- Achtkn00p
- Achtlettergrepig
- Achtmaal
- Achtmaands
- Achtmanstent
- Achtmeterklasse
- Achtponder
- Achtpotig
- Achtpuntig
- Achtregelig
- Achtriemsgiek
- Achtslag
- Achtspan
- Achtste
- Achtstetje
- Achtstijlig
- Achttal
- Achttallig
- Achttien
- Achttiende
- Achttiendehalf
- Achttienderhand, lei
- Achttienderlei
- Achttienhonderd
- Achtttende-eeuws
- Achturemis
- Achturendag
- Achturig
- Achtuurbloem
- Achtvlak
- Achtvlakkig
- Achtvoetig
- Achtvoetsjol
- Achtvoud
- Achtvoudig
- Achtwerf
- Achtzijdig
- Acidimeter
- Acidimetrie
- Aciditeit
- Acis
- Acme
- Acne
- Acoetes
- Acoliet
- Aconitine
- Acontius
