Uitheemsche geneeskunde termen

dr. H. Pinkhof (1923)

Gepubliceerd op 26-06-2020

Struma

betekenis & definitie

(Lat.), krop, vergroting van de schildklier. S. abe r rata (Lat., afgedwaald), schildklierweefsel op een abnormale plaats.

S. a m y I o i d e a, krop met amyloide ontaarding van de vaten en het klierparenchym. S. aneurysmiticas. vasculósa, vaatkrop, kloppend gezwel met sterke ontwikkeling van bloedvaten. S. Basedowificáta (Kocher), krop met secundair ontstane verschijnselen van morbus Basedowi. Syn. Toxic adenóma.

S. calculósa, = S. ossea. S. chlorótica (zie Chlorose), vergroting van de schildklier bij bloedarmoede. S. colloídes, = S. gelatinosa. S. cýstica, S. gelatinosa met grote holten, gevuld met gelei. S. endothoricica, krop die zich tot binnen de borstkas uitstrekt; syn. S. substernalis.

S. fibrósa, vezelkrop, grotendeels uit bindweefsel bestaande. S. foiliculáris, krop, grotendeels door toeneming der folliculi ontstaan. S. gang liósa, knobbelachtige krop. S. gelatinosa s. colloides, krop, waarbij de folliculi met gelei gevuld zijn. S. hyperplástica (vgl. Hyperplasia), eenvoudige vergroting van de schildklier door toeneming van het normale klierweefsel.

S. inflammatória, = strumitis. S. Ilnguae, tongkrop, een gezwel in het midden der tongbasis, op de plaats van het foramen coecum, als de ductus thyreoglossus niet geheel is geoblitereerd. S. mallgna, kwaadaardig gezwel in de schildklier. S. mollis, weke krop, doordat in hoofdzaak de folliculi aan de groei deelnemen. S. nodósa, knobbelige krop.

S. óssea, beenharde krop, door verkalking van het stroma. S. ovarii, aanwezigheid van schildklierweefsel in de eierstok (zie Teratoma). S. pülsans (Lat., kloppend), kloppende krop. S. retrovisceralis, krop achter de slokdarm. S. van Riedel, zie Riedel, Aanhangsel. S. substernalis, beginnende krop zonder bijzondere verschijnselen.

Of ook = S. endothoracica. S. suprarenalis, = hypernephroma (zie ald.). S. varicósa (vgl. Varix), krop met sterke ontwikkeling der aderen.