Typisch Vlaams woordenboek

Ludo Permentier en Rik Schutz (2015)

Gepubliceerd op 21-07-2020

wegel

betekenis & definitie

pad, weggetje

Elke keer als hij zijn zaterdags bezoek aan zijn moeder bracht trof hem de trage maar onstuitbare vergrauwing die als een roetlaag aandikte over land en mensen, de kilometerlange strook ovens en droogloodsen één reusachtige sloopwerf, de huizen weggezakt, de tuintjes verwaarloosd, de wegels daartussen pokdalig, met putten en plassen waar vorst en dooi het wegdek hadden aangevreten.
(Piet Van Aken, De blinde spiegel)

Zie: 'veldwegel'.

Geen Algmeen Nederlands
Gangbaarheid: 4
Vlaamsheid: 7

< >