Synoniemen zoeken
Synoniem van aankleden
Synoniem van 'n ander trefwoord
Groot Synoniemenwoordenboek
P.G.J. van Sterkenburg (1991)
aankleden
aankledeniemand anders of jezelf kleren aantrekken. Als synoniem voor 'zich aankleden' wordt in ietwat formele stijl ook zich kleden gebruikt: ik moet me nog even kleden. Zijn de kleren opzichtig of lachwekkend, en wil je je afkeuring of spot daarover te kennen geven, dan kun je in plaats van aankleden ook optuigen, toetakelen of uitmonsteren gebruiken. In het pak steken of, meer informeel, in het pak hijsen wordt alleen gebezigd in verband met mannen of jongens. Wanneer het lijdend voorwerp van 'aankleden' een bruid, vorstin of een kind is, dan wordt ook kleden gebruikt: een bruid kleden. Wanneer iemand zich op een fraaie manier aankleedt, kan men ook spreken van zich opdoffen.
Zie verder: opmaken ; uitdossen.
Muiswerk Educatief
Muiswerk Educatief (2017)
aankleden
aankleden - regelmatig werkwoord
uitspraak: aan-kle-den
1. kleren aan het lijf doen
♢ wanneer kleden jullie je aan?
2. iets versieren, gezelliger maken
♢ zullen we de zaal een beetje aankleden?
Regelmatig werkwoord: aan-kle-den
ik kleed aan (... ik aankleed)
jij/u kleedt aan (... jij aankleedt)
hij/zij kleedt aan (... hij aankleedt)
wij/zij/jullie kleden aan (... wij aankleden)
ik/jij/u/hij/zij kleedde aan (... ik aankleedde)
wij/zij/jullie kleedden aan (... wij aankleedden)
hij heeft aangekleed
de/het/een aangeklede ....
Synoniemen
kleden
Tegenstellingen
uitkleden