Spreekwoorden en gezegden

F. Stoett (1977)

Gepubliceerd op 14-10-2020

Iemand de dampen aandoen

betekenis & definitie

hem kwellen, treiteren, opzettelijk boos maken; de dampfen) in hebben, knorrig zijn, het land hebben, de smoor in hebben. Deze uitdr. hangt samen met dampig, dempig voor astmatisch, vooral van paarden gezegd, eig. met dampen aangedaan, die volgens oudere geneeskundige opvattingen vochtige opstijgingen waren die op de gemoedsstemming werkten, Hd. einem allen Tort und Dampf antun, en Fr. vapeurs.