Spaans woordenboek (SP-NL)

Dr. C.F.A. van Dam (1948)

Gepubliceerd op 02-05-2022

tierra

betekenis & definitie

f. aarde, land; grond; akker; vaderland; streek, gewest; tierra firme, vasteland, continent; dar en tierra con una cosa, iets omverwerpen, -omvergooien; de verwachtingen vernietigen die men op iets stelt; de la tierra, van of uit de streek (groenten e.d.); echar tierra a, o sobre, un asunto, iets in de doofpot stoppen; ganar tierra, veld winnen; poner tierra en, o por, medio, zich verwijderen; tomar tierra, landen, aan land gaan, aankomen.

< >