Spaans woordenboek (SP-NL)

Dr. C.F.A. van Dam (1948)

Gepubliceerd op 19-05-2022

Arma

betekenis & definitie

f. wapen; wapen, afdeling van een leger; armas, pl. leger; las armas de Madrid, het wapen van Madrid; ¡al arma! o ¡a las armas! te wapen!; hacer armas, oorlog voeren; llegar a las armas, naar de wapenen grijpen, de wapens opnemen; medir las armas, strijden; pasar a una persona por las armas, iemand fusilleren; presentar las armas, het geweer presenteren; estar sobre las armas, onder de wapenen zijn; tocar al arma, te wapen roepen; cruzar las armas con, de degen kruisen met.

< >