Betula nigra: Een 10 tot 15 meter hoge boom waarvan de stam nooit recht is. Ook als meerstammige boom is deze berk heel fraai.
De kroon is uitermate onregelmatig. De takken en twijgen hangen sierlijk over. De bast van jonge bomen is wit of enigszins roze-achtig. Hij bladdert krullend af en die stroken, die aan de binnenkant heel donker zijn, blijven lang aan de boom. Een oude Betula nigra heeft een donkere stam (zwart tot roodbruin). De jonge twijgen zijn zacht behaard, oudere twijgen en takken zijn donker roodbruin tot bijna zwart.
De bladeren van de zwarte berk verschijnen pas laat. Ze zijn 3 tot 8 cm groot en ruitvormig. Net onder het midden zijn ze het breedst. De bladeren zijn tijdens het uitlopen aan beide zijden zacht behaard. Aan de boven- en onderkant worden ze later in het seizoen respectievelijk glanzend diepgroen en grijsgroen. De bladrand is dubbel gezaagd.
De bladeren kleuren in de herfst mooi geel. De manlijke bloemen, in 18 eindstandige katjes verzameld, vallen als regel meer op dan die van andere berken. Dat komt omdat ze ongeveer gelijk met de bladeren verschijnen. De vrouwelijke katjes zijn opstaand, of buigen iets omlaag.Doordat de kroon veel licht doorlaat, kunnen allerlei lage planten er zich goed onder ontwikkelen. De berk zuigt wel veel water uit de grond, dus kies voor droogteminnende soorten. Betula nigra is overigens alleen geschikt voor grote tuinen.