Corylus avellana: De hazelaar is een meerstammige, hoge struik met een doorsnede van 3-5 meter. Het is een winterbloeiende struik.
In januari/februari verschijnen de manlijke bloemen in gele katjes in kleine trossen. De vrouwelijke bloemen zijn rood van kleur, maar weinig opvallend. Op één struik komen zowel vrouwelijke als manlijke bloemen voor. De bestuiving is afhankelijk van de wind. De planten kunnen zichzelf bestuiven, maar voor een betere vruchtzetting zijn er meerdere planten nodig, zodat er kruisbestuiving kan plaatsvinden. Er zijn ook enkele zelfbestuivende rassen.
Door deze struiken tijdens de bloei zachtjes te schudden, wordt de bestuiving bevorderd. Na de bloei verschijnt in april het grote, rond-hartvormige blad. Na een goede bestuiving zullen zich hazelnoten ontwikkelen. Deze zijn omgeven door een zacht omhulsel. In september zijn de hazelnoten rijp en zullen van de struik vallen. Volwassen hazelaars hebben ongeveer een opbrengst van 2 kilo per jaar. Om het oogsten te vergemakkelijken, kan er zachtjes aan de struik worden geschud, zodat de hazelnoten er afvallen.BIJZONDERHEDEN De takken van de hazelaar zijn zeer buigzaam, maar wel taai. Ze zijn daarom zeer geschikt voor manden en ander vlechtwerk. Hazelaars met een goede opbrengst zijn: 'Merveille de Bolwiller', 'Red Filbert' en 'Webb's Prize Cob'. De laatste twee genoemde rassen zijn lambertsnoten. Lambertsnoten zijn langwerpiger dan gewone hazelnoten. Na de oogst zijn de noten op een koele, luchtige en droge plek enkele jaren houdbaar.