Ligustrum vulgare: Deze liguster is een veel toegepaste, maar ook ouderwetse haagplant. De plant groeit snel, is goedkoop in aanschaf en vormt een redelijk dichte haag.
Daar staat tegenover dat de plant door zijn snelle groei zeker vier keer per jaar moet worden geknipt. De haagliguster (Ligustrum ovalifolium) is halfwintergroen. De gewone liguster (Ligustrum vulgare) is volledig bladverliezend. De gewone liguster wordt normaal gesproken drie meter hoog, maar ook voor lagere knipvormen kan deze plant worden gebruikt. Omdat de plant veel water uit de grond opneemt en zich breed vertakt, moet liguster in de tuin wel enige ruimte krijgen. In de directe nabijheid van een ligusterhaag groeit niet zoveel.
Pas op een afstand van 30 tot 50 centimeter uit de haag hebben planten geen last meer van de groei van de liguster. In de zomer bloeit liguster met witte bloemen die sterk geuren. De bladeren zijn 2,5-6 cm lang. In het najaar verschijnen de zwarte bessen. Deze zijn giftig. Veel snoeien voorkomt besvorming.Afwijkende snoeivormen van liguster komen tegenwoordig niet zo vaak voor, maar in historische Franse tuinen werd vaak liguster voor dit doel gebruikt. Door zijn vlotte groei herstelde de plant zich vrij snel na een 'verkeerde' snoeibeurt. Zo zijn er met liguster mooie golvende hagen te maken, maar ook slingerhagen, strakke kegelvormen, bolvormen op stam en grote bollen. Daar is echter wel voldoende ruimte voor nodig. Door de planten veel te knippen krijgen die vormen een schitterende en fijne vertakking.
Ligustrum vulgare kent ook fijnbladige cultivars, zoals 'Lodense' die niet hoger wordt dan 1 meter, en bontbladige cultivars. 'Atrovirens' verschilt van de soort doordat de bladeren zeer lang aanblijven, hoewel ze 's winters bruin verkleuren.
