Gepubliceerd op 22-02-2023

Gewone plataan

betekenis & definitie

Platanus x acerifolia: Een zeer algemeen voorkomende, tot 30 meter hoge boom die een brede, schilderachtige kroon vormt. De stam oogt zwaar.

Heel vaak zijn stamdikke hoofdtakken aanwezig. De schors van de plataan is glad en bladdert in platen af. De kleur is dan donkergroen, lichtgroen en crèmewit. De jonge twijgen zijn viltig en bruin van kleur, later worden ze kaal. Die twijgen lopen zigzag en bij de knik bevinden zich de driehoekige knoppen. De bladeren zijn in een jong stadium zeer dicht bruinviltig behaard.

Aan de bovenkant verdwijnt die beharing snel, maar aan de onderzijde niet. De bladeren zijn tot 25 cm lang en meestal vijflobbig. De bladrand is grof getand. De eenslachtige bloemen verschijnen in mei. De manlijke bestaan uit bolvormige rode en de vrouwelijke uit groene, langgesteelde bloeiwijzen. Die bloei is bepaald niet opvallend.

De behaarde nootvruchten zitten bij elkaar in bolvormige vruchthoofdjes die maximaal 3 cm groot zijn. Ze blijven de hele winter goed zichtbaar aan de boom hangen. Pas in het voorjaar vallen ze uit elkaar.Van platanen is bekend dat ze zeer goed bestand zijn tegen snoei. Daarom komen er knotbomen en leibomen (dakplatanen) voor. Ze kunnen ook heel goed worden gekandelaberd (Frankrijk). Er bestaat van de gewone soort een groot aantal cultivars. Ze hebben allerlei goede eigenschappen, met name resistentie tegen bepaalde ziekten of een (iets) smallere kroon.

< >