Signalement van sprekende zegswijzen

A. Houwelink ten Cate (1977)

Gepubliceerd op 14-10-2020

aan iets een mouw weten te passen

betekenis & definitie

‘Dit zegt men van iets, waar toe men geen raad weet, en waar mee men verlegen is: gelijk wanneer de snyder de mouwen noch uit de lengte, noch uit de breedte weet te vinden. Hier in echter betoonde die knecht z.yn overleg, die een paar koussen aan de armgaten van zyn Heers wambuis had gezet, en zeide: Meester, kan ’t passeeren, zo laat het passeeren (. . .).’ Zo verklaarde de Middelburgse predikant Carolus Tuinman (1659-1728) in zijn Nederduitsche Spreekwoorden (Middelburg 1728, deel 1, blz. 126) de uitdrukking ‘aan iets een mouw weten te passen’ (voor iets een oplossing weten te vinden).

Deze uitleg maakt tevens duidelijk dat ook de uitdrukking het moet uit de lengte of uit de breedte komen uit het vak van de snijder of kleermaker afkomstig is. Deze zegswijze wordt gebezigd om aan te geven dat een bepaalde som gelds (of, ruimer genomen, een zekere winst) op de een of andere wijze op tafel moet komen.

< >