1. Gelijkendheid, gelijkenis. Similitudo formalis, Vormelijke gelijkenis. Similitudo imaginis, Beeldgelijkenis. Similitudo imperfecta, Onvolmaakte gelijkenis. Similitudo mutua, Onderlinge gelijkenis. Similitudo per modum imaginis, Gelijkenis bij wijze van beeld, JANSSENS, GOD ALS SCHEPPER 57. Similitudo per modum vestigii, Gelijkenis bij wijze van voetspoor, JANSSENS, GOD ALS SCHEPPER 57, voetspoorgelijkenis. Similitudo perfecta, Volmaakte gelijkenis. Similitudo proportionalitatis, Evenredigheidsgelijkenis. Similitudo proportionis, Verhoudingsgelijkheid. Similitudo repraesentativa, Voorstellingsgelijkenis. Similitudo universalis, Algemeene gelijkenis. Similitudo vestigii, Voetspoorgelijkenis.
2. Evenbeeld, gelijkenis, afbeelding. Similitudo rei recepta in sensu repraesentat rem, secundum quod est singularis, recepta autem in intellectu repraesentat rem secundum rationem universalis naturae, s. THOMAS, COMM. IN II DE ANIMA LECT. 12, Het evenbeeld van iets dat in de zintuigen ontvangen wordt stelt dit laatste naar zijn verenkelden aard voor, het evenbeeld integendeel van iets dat in het verstand ontvangen wordt stelt dit laatste naar zijn algemeenen aard voor. — Cognitio ... omnis fit per hoc, quod cognitum est aliquo modo in cognoscente, scilicet seemdum similitudinem, s. THOMAS, COMM. IN II DE ANIMA LECT. 12, Kennis is er wanneer het gekende eenigszins, naar zjjn gelijkenis namelijk, in den kennende aanwezig is. — Similitudo adquisita, Aangeworven beeld. Similitudo creata, Geschapen beeld. Similitudines divini esse, Afbeeldingen van het goddelijk wezen. Similitudo innata, Aangeboren beeld. Similitudo intellegibilis, Verstandelijk beeid. Similitudo naturalis, Natuurlijk beeld. Similitudo propria, Eigen beeld. Similitudo sensibilis, Zintuigelijk beeld. Similitudo vicaria obiecti, Kenvoorwerp vervangend beeld.
