Scheldwoordenboek

Marc de Coster (2007)

Gepubliceerd op 02-01-2020

wezel

betekenis & definitie

bangerd; angsthaas. De wezel is een soort van marter: een klein, slank roofdiertje met een spitse kop en korte poten.

Het beest is erg schuw. De zegswijze zo bang als een wezel vinden we al terug in de zestiende eeuw, bijvoorbeeld in het ‘Esbatement van den Schuiffman’.

Daaruit de volgende regels: ‘Ghans honderden, siet onsen domine commen! Hy sidt beschaempt, al waert een wesele...’ ‘Beschaempt’ betekent hier ‘bang’. Charles is een bange wezel, als gewoonlijk. (Willy van der Heide, Tumult in een toeristenhotel, 1954)Je bent tussen een stelletje bange wezels beland, Wander. (K. Norel, Vliegers in het vuur, 1963)