Scheldwoordenboek

Marc de Coster (2007)

Gepubliceerd op 02-01-2020

slingeraap

betekenis & definitie

lang, mager persoon. Naar een bepaalde aapsoort die zich met de staart van boom tot boom slingert.

Vandaar ook uitdrukkingen zoals ‘zo kwiek als een slingeraap’. Het menselijk uiterlijk van de aap leverde scheldwoorden zoals baardaap; snotaap en klapperaap.Dat zou een grote manskerel ’m niet eens flikken, laat staan zo’n kleine slingeraap. (Piet Bakker, De slag in de Javazee, 1951)

In een land niet ver van hier/ lijkt elk mens precies een dier/ juffrouw Zus is net een schaap/ meneer Zo een slingeraap... (Hans Andreus, Waarom daarom, 1967)