Scheldwoordenboek

Marc de Coster (2007)

Gepubliceerd op 02-01-2020

Lui, lui met vingers

betekenis & definitie

nare vent. Bij Henke ook: sufferd, domme kerel.

Lui als scheldwoord is veel ouder dan we geneigd zijn te denken. De oudste vindplaatsen in het WNT zijn de Ovidiusvertaling van Valentijn (1678) en ‘De vol-geestige Werken’ (4e druk 1712) van Rusting.

Wellicht hebben we te maken met een overdrachtelijke toepassing van lui als mannelijk lid.Ook in andere talen worden namen van geslachtsdelen als scheldwoord gebruikt; denken we maar aan het Franse con en het Engelse cunt en prick. Zie verder ook kut en kuttenkop. In de negentiende en het begin van de twintigste eeuw was lui nog een taboewoord. In 1965 vond men het liedje ‘Op een mooie Pinksterdag’ van Annie M.G. Schmidt veel te cru om op de radio te draaien. De zin ‘vader is een lui’ moest veranderd worden in ‘vader is een nul’.

Zie ook slappe lui. Te Rotterdam werd midden twintigste eeuw een bejaarde man die de aandacht van kinderen trok op honende wijze toegeroepen: ouwe lui, stront an je jassie.

Ik geloof zeker dat die man in alle omstandigheden weet wat hem te doen staat. In ieder geval schijnt hij geen lui te zijn zooals ikzelf. (Forum. Derde jaargang, 1934)

De meeste kinderen vinden hun vader een ouwe zak (hij durft het woord lui niet te gebruiken, want zijn krant heeft nog taboes, zegt hij). (Hitweek, 14/01/1966) Godverdomme, zo’n grote lui als jij. (Simon Vestdijk, Het verboden bacchanaal, 1969)