Scheldwoordenboek

Marc de Coster (2007)

Gepubliceerd op 02-01-2020

Loebas

betekenis & definitie

(in Vlaanderen) lomperd, schurk, bandiet. Volgens Van Dale sedert ca. 1884 en een nevenvorm van lobbes.

Moet ge iets hebben, leelijke loebas, g’ hebt het maar te vragen! (Reimond Stijns en Isidoor Teirlinck, Arm Vlaanderen, 1884)

Hoe kunt ge toch zo beest zijn, lelijke loebas, en dat tegen ’n wees! (Ernest Claes, Charelke Dop. 10de druk, 1960.1ste druk 1923)