Definities van Prisma Groot Woordenboek Nederlands in de Ensie N
- neutralisatie
- neutraliseren
- neutralisme
- neutraliteit
- neutrino
- neutron
- neutronenbom
- neutronenster
- neutrum
- neuzelen
- neuzen
- nevel
- nevelen
- nevelig
- nevelmaand
- nevelvlek
- nevenfunctie
- nevengeschikt
- nevenhoeken
- neveninkomsten
- nevenproduct
- nevens
- nevenschikkend
- nevenschikking
- nevenstaand
- never
- new age
- New Deal
- new economy
- new look
- new orleans
- new wave
- New Yorker
- New Yorks
- newbie
- newfoundlander
- newspeak
- newton
- NGI
- ngo
- NGT
- NH
- NHG
- Ni
- NIAD
- Nibud
- NICAM
- Nicaraguaan
- Nicaraguaans
- niche
- nichespeler
- nicht
- nichtenrock
- nichterig
- nickname
- nicotine
- nicotinepleister
- nicotinevergiftiging
- NIDDM
- niëllo
- niemand
- niemandsland
- niemendal
- niemendalletje
- niente
- nier
- nierbed
- nierbekken
- nierbekkenontsteking
- nierdialyse
- niergruis
- niersteen
- niersteenvergruizer
- niervet
- niesbui
- niesen
- nieskruid
- niespoeder
- niesziekte
- niet
- niet-aanvalsverdrag
- niet-gebonden
- niet-Joodverklaring
- niet-ontvankelijkheid
- niet-roker
- niet-westers
- nieten
- nietenwipper
- nietes
- nietig
- nietigheid
- nietigverklaring
- nietje
- nietmachine
- nietpistool
- niets
- nietsdoen
- nietsdoener
- nietsnut
- nietsontziend
