Gepubliceerd op 20-07-2020

Malen

betekenis & definitie

van den Germ. wt. mal (ook mol, mel) = fijn maken; verwant zijn: molen, molm, meel, mul; ook malen =

1°. draaien (als een molen), bijv. maalstroom, en
2°. zaniken: voortdurend draaien als een molen; ook
30. mijmeren: over iets malen = zijn gedachten om één punt laten draaien. Eveneens: iemand in de maling nemen = om hem in een kring heen draaien en hem bespotten. — Malen in de bet. van schilderen, zie Maal.