Gepubliceerd op 29-12-2016

Interacting Cognitive Subsystems-theorie

betekenis & definitie

De interactive cognitive subsystems-theorie (ICS; Teasdale & Barnard, 1993) is een voorbeeld van een verklaringstheorie, die oorspronkelijk werd ontwikkeld vanuit een research omgeving om cognitieve (geheugen)processen te kunnen analyseren bij depressieve personen. Het systeem bestaat uit negen subsystemen met een eigen coderingswijze, zoals voor zien, horen, ruiken maar ook voor taal en lichamelijke sensaties. De twee hoge orde (HO) subsystemen zijn het mededelende (propositional) en het onvoorwaardelijke (implicational) subsysteem en zij hebben een belangrijke relatie met elkaar.

Belangrijkste kenmerken bij dit model en theorie zijn:
- Onze persoonlijke ervaringen worden gevormd door de relationele wisselwerking tussen het mededelende en het onvoorwaardelijke subsysteem, zonder dat er sprake is van dominantie van een van de twee.
- Het cognitieve karakter van deze twee HO-subsystemen is verschillend het ene is 'warm' en het andere 'koel'
- De veronderstelling dat het verbale en logische mededelende subsysteem onze waarneming van het eigen zelf weergeeft.
Er is in het model sprake van twee manieren van weten of kennis vergaren:
1. Als er tussen beide HO-subsystemen een zekere relationele balans is voelt men zich okay.
2. Als men veel of weinig arousal ervaart wordt het relationele subsysteem tussen beide HO- subsystemen dominant en geeft dit ons een andere ervaringskwaliteit van onzeker en vermijdend.
Beide manieren van ervaren worden als gelijkwaardig beschouwd en als reëel, maar beide zijn ze intrinsiek incompleet. De wisselwerking tussen beide HO-subsystemen wordt wel transliminaal genoemd. Dat wil zeggen dat wij hypothetisch als mensen in staat zijn psychologische kennis, gevoelens, enzovoorts drempels te laten passeren via, en in en uit ons bewustzijn.