Het inflatierisico is het risico dat een deelnemer aan een pensioenfonds loopt door prijsstijgingen. Wanneer er sprake is van inflatie worden producten duurder en kan er minder gekocht worden met een bepaald bedrag. Het opgebouwde pensioen wordt dan dus minder waard.
Inflatie betreft de stijging van het algemene prijspeil waardoor geld minder waard wordt. Door inflatie kan er met hetzelfde geld minder gekocht worden. Er is dus sprake van koopkrachtdaling. Dit is bijvoorbeeld het geval wanneer iemand zijn baan kwijtraakt en het opgebouwde pensioen niet meer groeit. Het pensioen groeit niet maar de inflatie wel. Het opgebouwde pensioen wordt dan minder waard.
Het inflatierisico kan afgedekt worden door een pensioen met indexering. Bij indexering wordt het opgebouwde pensioen jaarlijks verhoogd met de gemiddelde prijsstijgingen. Dit gebeurt echter alleen wanneer een pensioenfonds hier de financiële middelen voor heeft. Wanneer een pensioenfonds niet genoeg geld beschikbaar heeft zal er geen indexatie plaatsvinden. Het verschilt per pensioenregeling of er sprake is van indexatie, maar alsnog is het pensioenfonds niet verplicht om het pensioen aan te passen aan de prijsstijgingen.
Wanneer de beleggingen van een pensioenfonds niet goed zijn uitgepakt is de kans ook kleiner dat er geïndexeerd wordt. Er is minder geld ter beschikking en daardoor is er ook minder capaciteit om tot indexering over te gaan. Ook de pensioenregels die steeds strenger worden zorgen ervoor dat een pensioenfonds minder snel kan indexeren.
Op het moment dat een pensioenfonds wel gaat indexeren profiteren ook de niet-actieve deelnemers. Deze niet-actieve deelnemers bouwen op dat moment niets meer op maar het eerder opgebouwde pensioen wordt wel verhoogd. Deze niet-actieve deelnemers worden ook wel “slapers” genoemd.
