Pinechas is een bijbelse figuur die men kan aanduiden als een ‘ijveraar voor het geloof’ of een ‘zeloot’. Het verhaal van Pinechas is van groot belang voor een goed begrip van het hedendaags religieus terrorisme.
Het verhaal wordt verteld in het boek Numeri. Daar lezen we dat toen de Israëlieten in Sittim verbleven zij zich begonnen in te laten met Moabitische vrouwen. Deze vrouwen nodigden hen uit voor de offerplechtigheden ter ere van hun goden. Daarmee werden de Israëlitische mannen (het gaat om de Israëlitische mannen in het verhaal) ontrouw aan hun god, de god van Israël, en liepen zij over naar de god Baäl, de god van de Moabieten. De god van Israël gaf daarop het bevel aan Mozes (de leider van de Israëlieten): ‘Laat alle familiehoofden van het volk in het openbaar terechtstellen en ophangen’.
Alleen wanneer dát zou gebeuren, zou de Heer zijn toorn tegenover Israël laten varen. Mozes deed dat naar het oordeel van sommigen niet snel genoeg en toen een zekere Pinechas, een Israëliet, constateerde dat één van de Israëlitische mannen zich met een van de vrouwen van het vreemde volk naar zijn tent begaf, stormde hij met een speer naar binnen en doorstak met één steek zowel de man als de vrouw (een indicatie voor hun activiteit van dat moment). Saillant is het vervolg van het verhaal. De Heer zei tegen Mozes: ‘Dankzij Pinechas (...) heb ik mijn woede tegen de Israëlieten laten varen. Omdat hij bij de Israëlieten voor mij is opgekomen, heb ik hen niet allemaal in mijn afgunst om het leven gebracht. Maak daarom bekend dat ik een vriendschapsverbond met hem sluit: ik beloof dat hij en zijn nakomelingen voor altijd het priesterschap zullen bekleden, omdat hij voor zijn God is opgekomen en verzoening voor de Israëlieten bewerkt heeft’.
