Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 22-12-2018

aanbesteding

betekenis & definitie

v. (-en), het aanbesteden: een publieke -.

Aanbesteding is een bijzondere techniek waarop marktpartijen elkaar vinden: een opdrachtgever (aanbesteder) geeft een gedetailleerde technische omschrijving en de andere voorwaarden inzake een te verlenen opdracht tot uitvoering van een werk of tot levering van goederen en verwacht daarbij van gegadigden een schriftelijke offerte, de inschrijving, d.i. een prijsopgave waarvoor zij bereid zijn de opdracht uit te voeren.

Men kent in Nederland en België openbare (publieke) en onderhandse aanbesteding. In Nederland bij de openbare aanbesteding wordt, gewoonlijk per advertentie, bekend gemaakt dat bestek, omschrijving, tekeningen en voorwaarden e.d., al of niet tegen betaling, voor belanghebbenden beschikbaar worden gesteld en dat inschrijvingsbiljetten vóór een vastgestelde datum in een gesloten enveloppe op een door de aanbesteder daartoe aangewezen adres dienen te worden ingeleverd. Bij de onderhandse aanbesteding wordt slechts een beperkt aantal gegadigden door de aanbesteder tot inschrijving uitgenodigd (aanbesteding op uitnodiging). In beide gevallen worden op het vastgestelde tijdstip in aanwezigheid van de inschrijvers de enveloppen geopend; in een procesverbaal worden naam en aannemingssom van elke inschrijver vastgelegd.

Doorgaans wordt de uitvoering van de opdracht aan de laagste inschrijver gegund, maar de opdrachtgever is hier niet toe verplicht. Ook is het mogelijk dat slechts één aannemer of leverancier wordt uitgenodigd, die slechts het eindbedrag van zijn begroting behoeft te vermelden of, bij een zgn. aanbesteding op open begroting, een gespecificeerde begroting moet afgeven. Wijkt de inschrijving belangrijk af van het door de aanbesteder begrote bedrag of de beschikbare middelen, dan zal nader overleg worden gepleegd over eventuele mogelijke wijzigingen of bezuinigingen. Als de risico's of de kosten niet nauwkeurig te begroten zijn, kan een aanbesteding in regie plaatsvinden, waarbij het werk zonder inschrijving aan een aannemer of leverancier wordt gegund en wordt vastgesteld dat de aannemer of leverancier een overeengekomen winstpercentage zal genieten; meestal wordt hierbij vooraf een globale begroting van de kostprijs opgesteld. Bij de openbare en meervoudige onderhandse aanbesteding staat één vrager tegenover meer aanbieders en de aanbesteder verwacht door de onderlinge concurrentie der gegadigden lage inschrijvingen te ontvangen.

De mogelijkheid bestaat echter dat inschrijvers hun positie versterken door onderling overleg, om aldus een redelijk prijsniveau te verzekeren; zij kunnen overeenkomen dat op de inschrijvingssom een bepaald bedrag wordt gezet ten voordele van de inschrijvers die het werk niet krijgen (opzetcontract). Bekend zijn aanbesteding in de woningbouw en bij grond- en waterbouwwerken (b.v. aanleg van wegen, bouw van sluizen, bruggen, tunnels); soms vindt partiële aanbesteding en aanbesteding in percelen plaats. Militaire instellingen, ziekenhuizen e.d. schrijven vaak aanbesteding uit voor de levering van goederen.

In de bouwwereld kent men ook een vorm van aanbesteding, nl. het vormen van een bouwteam.

Reeds bij het ontwerp wordt er een team gevormd, bestaande uit: opdrachtgever, architect en een aannemer. Dit team kan zonodig uitgebreid worden met specialisten, onderaannemers e.d. De aannemer kan nu de gehele ontwikkeling van de voorbereiding van een bouwwerk volgen en regelmatig tussenbegrotingen maken. Hij tekent meestal wel een ‘verklaring van afstand’, zodat te allen tijde met een andere aannemer kan worden verder gewerkt, indien men niet tot de gewenste prijsafspraken kan komen.

LI TT. C.Boer en J.H. Bakker, Opbouw en afwerking van gebouwen 1 (1967).

In België kent men ter zake van aanbestedingen door de staat de procedure van de openbare en de beperkte aanbesteding, van de algemene en beperkte offerte-oproep en van de onderhandse overeenkomst. Een en ander wordt geregeld door de wet van 4.3.1963 en het KB van 4.10.1964, dat de voorwaarden bepaalt waaraan het algemeen lastenkohier en de bijzondere lastenkohieren moeten voldoen. Voorheen was de wet van 15.5.1846 van kracht. De nieuwe wetgeving heeft van de algemene verplichting van een openbare aanbesteding afgezien en aan de minister de bevoegdheid gegeven vrij te kiezen tussen genoemde procedures. De aanbesteding is openbaar wanneer zij tezelfder tijd de bekendmaking omvat van het beroep op mededinging in het door de staat gepubliceerd bulletin, en de opening voorziet van de inschrijvingsbiljetten in openbare zitting. Zij wordt beperkt genoemd wanneer zij een beroep op de mededinging behelst, beperkt tot de aannemers of leveranciers die de minister beslist te raadplegen; alleen die aannemers en leveranciers mogen inschrijvingen indienen en de opening ervan bijwonen. Iedere op de nationaliteit berustende discriminatie is verboden door art. 7 van het EG-Verdrag. In beginsel moet de minister de overeenkomst toewijzen aan de inschrijver met de laagste regelmatige inschrijving. Dit betekent evenwel geen recht op de toewijzing voor deze laatste: het bestuur heeft een zekere beoordelingsbevoegdheid; de overeenkomst hoeft niet noodzakelijk toegewezen te worden; afwijkingen zijn mogelijk bij beslissing van de Ministerraad of in dringende gevallen van de Eerste Minister. Genoemde wet heeft de procedure van de algemene en beperkte offerte-oproep in de wetgeving ingevoegd. De vrije keuze van de medecontractant kenmerkt de nieuwe procedure. De minister kiest vrij de offerte die hem het voordeligst lijkt. Die keuze is evenwel aan bepaalde voorwaarden onderworpen. De overeenkomst wordt onderhands genoemd wanneer de minister vrij de onderhandelingen aanknoopt die hem nuttig schijnen en de onderneming vrij toewijst. Dit mag evenwel alleen in de gevallen voorzien in art. 12 van de wet.

LITT. M.A.Flamme, Traité théorique et pratique des marchés publics (1968).