Vreede (dr. A. C.) - geb. te Gorinchem, 1840, was eerst in Indië werkzaam bij de suikercultuur, deed in 1870 in Nederland het grootambtenaarsexamen, werd in 1877 benoemd tot hoogleeraar in het Javaansch te Leiden ; werd 1892 Doctor honoris causa in de taal- en letterk. van den O.-I. Archipel, na de verschijning van zijn Catal. der Jav. en Madoer. Handschr. der Leidsche Universiteit.
Overl. 1908 te Leiden. Bekend als beoefenaar van het Javaansch, waarvoor hij o. a. het groote woordenboek van Guericke-Roorda bewerkte, en waarover hij verschillende artt. schreef, en als een der eerste beoefenaars van het Madoereesch, waarvoor hij o. a. een Handleiding schreef, in 4 dln.
