Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 12-01-2019

Quellinus (arthus)

betekenis & definitie

Quellinus (arthus) - geb. 1609 te Antwerpen, gest. 1668 te Amsterdam. Nederl. beeldhouwer. Hij ontving zijn opleiding in de Zuidelijke Nederlanden, als leerling van François Duquesnoy, was ook te Rome, maar wordt reeds in 1640 te Amsterdam vermeld, waar hij een belangrijk aandeel aan de sculpturen van het oude Stadhuis heeft gehad, te zamen met Rombout Verhulst. Het Ned.

Museum bezit het meerendeel der kleine terracotta maquetten, die voor de gevelversiering van het paleis hebben gediend. Ook portretbustes zijn van hem bekend, o. a. van den Burgemeester de Graaff (Ned. Mus. Amsterdam) en van Johan de Witt (Museum Dordrecht). Hij is een voortreffelijk beeldhouwer en heeft meer dan Verhulst de gave om een werk boeiend te maken. Zijn stijl is nooit in een manier ontaard, zooals men dat bij Verhulst kan constateeren. De levendige, nerveuse manier, waarop bijv. de handen van het portret van Johan de Witt zijn gebeeldhouwd, toonen hem als een bijzonder kunstenaar. Met groote waarschijnlijkheid meent men thans aan hem te moeten toeschrijven het beeld van de Dolheidsvrouw te Amsterdam (Ned. Mus.), dat vroeger altijd op naam van Hendrik de Keyser stond, doch dat zeker om zijn barokke compositie niet van dezen kunstenaar is.

Litt.: Wurzbach, Niederl. Künstler Lexikon. Voorts Dr. Pit in het Bulletin van den Oudh. Bond, 1e Jaarg. Dl. 2; idem, La Sculpture Hollandaise au Musée National d’Amsterdam en Prof. Dr. A. Brinckmann (in het Handbuch f. Kunstwissenschaft), Die Barockskulptur.