Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 12-01-2019

Ontvreemding

betekenis & definitie

Ontvreemding - zie DIEFSTAL. Voor de toepassing van het aldaar vermelde art. 2014 B. W. is van belang een arrest van den Hoogen Raad van 7 Jan. 1910, W. 8959, volgens hetwelk het woord ontvreemding aldaar is gebezigd om daarmede te zamen met het woord „verlies” aan te duiden alle tegen zijn wil kwijt raken van het goed, alzoo een feitelijk begrip ; alsmede het arrest van 26 Januari 1912, W. 9311, beslissende dat onder het begrip o., in art. 2014 B. W. alleen vallen die handelingen, welke onder den Code Pénal onder diefstal waren begrepen of de kenmerken van diefstal droegen. Het omvat b.v. niet verduistering.

< >