Lancetvischje - Branchiostoma (Amphioxus) lanceolatum, ongeveer 5 c.M. lang met langwerpig, aan beide zijden spits toeloopend lichaam, glashelder en met een vinzoom, die op den rug en over het uiteinde tot de aarsopening aan de buikzijde verloopt. Ledematen ontbreken. De inwendige bouw is deels zeer eenvoudig, deels zeer samengesteld. Door verscheidene kenmerken sluit het l. zich aan de gewervelde dieren aan.
Een geraamte ontbreekt; door het geheele lichaam verloopt aan de rugzijde een elastische streng, de chorda dorsalis, die ook bij alle andere gewervelde dieren voorkomt. Ook het hart ontbreekt, evenals de oogen. De ademhaling geschiedt door een groot aantal meer dan 100-kieuwspleten. In ontwikkeling komen zij het meest overeen met de manteldieren. Het l. leeft aan de kusten van de Middellandsche Zee, van W.-Europa en Amerika, in Indië en Australië; in Calfornië komt een veel grootere soort voor. Het boort zich in het zand en voedt zich met zeer kleine waterorganismen.