Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 10-01-2019

Kaendler

betekenis & definitie

Kaendler - (Johann Joachim), geboren 1706 te Fischbach in Saksen, overleden 1775 te Meissen. Duitsch beeldhouwer; in 1731 aangesteld als modelleur aan de Meissensche porseleinfabriek, waar hij tot zijn dood toe heeft gewerkt. Onder hem heeft de fabriek haar grootsten bloei bereikt. Terwijl te voren steeds gestreefd werd naar navolging van Chineesch en Japansch porcelein (Herold), komt onder de modelleurs Kirchner en Kaendler de Saksische porseleinmanufactuur tot een eigen Europeeschen stijl.

Kaendler heeft een sterk naturalistische neiging en zijn tallooze kleine groepen, die nu nog met voorliefde verzameld worden, zijn direct naar het tooneel geconcipieerd (arcadische figuren, dansende paren, Pantalon en Colombine, enz. enz.). Ook brengt hij voor het eerst de groote eetserviezen (soms 1400 stuks) in de mode, waarvan o. a. het bekende Sulkowsky-servies (verspreid in den kunsthandel) en het Zwanenservies moeten genoemd worden. Dit laatste, in het bezit van de familie Brühl, wordt bewaard op het kasteel Pförten, doch is gedeeltelijk in bruikleen afgestaan aan de Kunstnijverheidmusea te Berlijn en te Dresden. K. heeft hier bij kleurige bloemen- en vruchtenversieringsmotieven den vrijen oudacademischen Rococovorm toegepast en staat daarbij onder sterken invloed van J. A. Meissonier. In de eerste jaren zijner aanstelling aan de fabriek leverde hij nog vele composities voor het Japansche paleis te Dresden, voornamelijk de levensgroote dieren (nog bewaard in de Dresdensche porseleinverzameling), terwijl hij, in lateren tijd, een aantal bustes modelleerde van Oostenrijksche keizers, die hij in porselein liet uitvoeren (Weener Hofmuseum). Hiermede kwam hij aan de grens van het technisch mogelijke op dit gebied en toen hij een meer dan levensgroot ruiterstandbeeld van August III van Saksen in porselein wilde maken, is de uitvoering onherroepelijk mislukt. Het kleine model, dat hij tusschen 1751—1753 maakte, bestaat nog te Dresden.— Litteratuur: Brüning, Porzellan (Berlin 1914; Handbücher der Kgl. museen zu Berlin); Schnorr v. Carolsfeld, Porzellan (Bibliothek für Kunst und Antiquitätensammler, Band 3); Graesse, Führer für Sammler von Porzellan (Berlin 1915); J. L. Sponsel, Kabinettstücke der Meissner Porzellanmanufactur von Johann Joachim Kaendler (Leipzig 1900).

< >