Fit - 1) een tapsche stalen pen, gebruikt voor het maken van gaten en motten in zeilen van schepen;
2) een toestel gebruikt bij het dokken van schepen, waarvan de kiel niet recht is; het bestaat uit een horizontale lat, die bezwaard is, om het toestel vertikaal in het water te kunnen houden en twee opstaande latten met verdeeling op de einden van de horizontale lat. Door het toestel onder de kiel van het schip langs te halen, kan de afstand tot het wateroppervlak op verschillende plaatsen gemeten worden, wat fitten genoemd wordt. De opmetingen worden op zekeren schaal op een houten bord, het fitbord, uitgezet, waardoor men een duidelijk beeld van den vorm der kiel krijgt, om de hoogte der kielblokken daarnaar te maken.
