Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 31-01-2022

Scheg (schegge)

betekenis & definitie

v./m. (-gen),

1. wigvormig stuk hout voor verschillende doeleinden; dubbel zwaluwstaartvormige klamp;
2. (scheepsbouw) verbreding van de voorof achtersteven onder water, om zijdelings afdrijven te voorkomen; bij oudere zeilschepen het ver vooruitstekende deel van de voorsteven onder de boegspriet.

< >