Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 31-01-2022

Rijs

betekenis & definitie

o. (rijzen),

I. jong, dun takje, teen, twijg; (spr.) jonge rijzen kan men buigen, maar oude bomen niet, in de jeugd is de mens meer voor vorming vatbaar dan op gevorderde leeftijd; buig het rijsje, als het jong is, wen de kinderen vroegtijdig aan het goede;

II. (coll.) als voorwerpsn. zonder mv.

1. afgesneden takken: Hollands, Gelders rijs, gebruikt bij waterstaatswerken;
2. takkenbos.

< >