Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 13-12-2021

Matthaeus, Antonius

betekenis & definitie

Ned. rechtsgeleerde, *27. 12.1601 Herborn (Duitsland), ♱25.12.1654 Utrecht. In 1629 werd Matthaeus hoogleraar in het burgerlijk recht te Harderwijk en in 1634 te Utrecht.

Zijn voornaamste betekenis ligt in zijn Commentarius de criminibus (1644; herhaaldelijk herdrukt en vertaald), waarin het Romeinse strafrecht op stelselmatige wijze en gescheiden van kanoniek, Germaans of Italiaans recht wordt behandeld. Matthaeus geeft in dit werk, dat tot het einde van de 18e eeuw groot gezag heeft gehad, blijk van zeer humane opvattingen inzake het strafrecht.

< >