Wat is de betekenis van Matthaeus, antonius?

2025-07-17
Nieuwe Groninger Encyclopedie

P. Brood, A.H. Huussen en J. van der Kooi (1999)

Matthaeus, antonius

(Frankenberg 1564 - Groningen 1637) Jurist. Studeerde in Marburg, Heidelberg en andere Duitse steden in de rechtsgeleerdheid en promoveerde in Marburg in 1594. Daar schreef hij zijn bekendste werk Notae et animadversiones in libros IV. Tot 1625 was hij aldaar professor in de rechten, waarna hij naar de nieuwe universiteit in Groningen vertrok. Van...

2025-07-17
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Matthaeus, Antonius

Ned. rechtsgeleerde, *27. 12.1601 Herborn (Duitsland), ♱25.12.1654 Utrecht. In 1629 werd Matthaeus hoogleraar in het burgerlijk recht te Harderwijk en in 1634 te Utrecht. Zijn voornaamste betekenis ligt in zijn Commentarius de criminibus (1644; herhaaldelijk herdrukt en vertaald), waarin het Romeinse strafrecht op stelselmatige wijze en gescheiden...

2025-07-17
NBW

Redactie P.C. Molhuysen en PJ. Blok (1914)

Matthaeus, antonius

MATTHAEUS (Antonius), geb. omstreeks 1620 te Groningen, aldaar overl. 1688, zoon van prof. Coenraad M.enElisabeth Michaëlis, studeerde aan de hoogeschool te Groningen, was predikant te Garnwerd (1653-62) en te Groningen (1662-88).