Duits schilder en graficus, *8 februari 1880 te München, ♱(gesn.) 4 maart 1916 te Verdun. Mare studeerde aan de academie te München, maar ontwikkelde zich vooral tijdens talrijke reizen, o.a. in 1907 naar Parijs.
Hij sloot zich in 1911 aan bij V.Kandinsky en A.Macke, die in München een radicale kunstvernieuwing voorstonden. Hij publiceerde met hen de kunst-almanak Der Blaue Reiter, waarin hij o.a. de grondbeginselen van het expressionisme beschreef. Marcs werken gingen daarna steeds meer een abstract karakter vertonen. Wel werkte hij nog naar een natuurmodel. Hij schilderde bij voorkeur dieren, die hij, met behoud van hun hoofdkenmerken, als een symbool interpreteerde van een platonisch geïdealiseerd kosmisch levensgevoel. Daarbij kreeg het koloriet ook een betekenis die boven de werkelijkheid uitstijgt. Uitgaven: Briefe, Aufzeichnungen, Aphorismen (1920).LITT. K.Lankheit, F.Marc (1950); G.Schmidt, F. Marc (1957); M.Robinson, G F.Marc. Katolog der Werke (1970).
