[oudere vorm Chlodovich, Oudhu. hlut, beroemd, vich, gevecht], mannennaam, gedragen door vele vorstelijke personen.
BEIEREN
Lodewijk I, koning van Beieren (1825-48), *25.8. 1786 Straatsburg, ♱29.2.1868 Nizza; zoon en opvolger van Maximiliaan i. Lodewijk streed van 180609 in de Napoleontische legers. Als koning toonde hij zich weinig toegevend tegenover de liberale eisen; door zijn opvattingen over het koningschap stootte hij de liberalen af. Lodewijk wijdde zich aan wetenschappen en deed veel voor het culturele leven van München. Hij was tevens vurig filhelleen (zijn zoon Otto werd in 1832 koning van Griekenland), Lodewijk maakte zich onmogelijk door zijn liaison met de danseres Lola Montez, zodat hij aftrad ten gunste van zijn zoon Maximiliaan II.
Litt. E.C.Conté Corti, Ludwig I (1943; 6e dr. 1960).
Lodewijk II, koning van Beieren (1864-86), *25.8. 1845 Nymphenburg,♱ (verdronken) 13.6.1886 Starnbergermeer; zoon en opvolger van Maximiliaan II. Lodewijk interesseerde zich meer voor kunst dan voor staatszaken. Zijn buitensporige kastelenbouw maakte hem financieel afhankelijk van Pruisen, zodat hij aan de leiband van Bismarck liep. Op diens instigatie wekte hij in 1870 de Duitse vorsten op, de keizerskroon aan de koning van Pruisen aan te bieden. Lodewijk toonde steeds meer tekenen van krankzinnigheid en werd in 1886 onder regentschap geplaatst van zijn oom Litpold. Hij werd geïnterneerd in het kasteel Berg aan het Starnbergermeer; hij ontsnapte echter en kwam door verdrinking om het leven.
LITT. G.de Pourtalès, König Hamlet (1937); G. Robin, Louis II de Bavière (1960); R.Hacker, Ludwig ii. von Bayern in Augenzeugenberichten (1966); W.Blunt, Ludwig II. (1970).
Lodewijk III, koning van Beieren (1913-18), *7.1. 1845 München,♱18.10.1921 Sarvar (Hongarije). Lodewijk volgde in 1912 zijn vader Luitpold op als regent voor de geesteszieke koning Otto I. Op
5. 11.1913 besteeg hij ingevolge de wens van de Beierse Kamer zelf de troon, maar moest als gevolg van de Novemberrevolutie van 1918 aftreden. litt. M.Doeberl, König Ludwig von Bayern (1921); B.Ucker, Bayerns König 1918 (1966).
FRANKISCHE EN DUITSE KEIZERS
Lodewijk I de Vrome, keizer van het Frankische Rijk (814-40), *778 bij Mainz, ♱20.6.840 Ingelheim; jongste zoon van Karel de Grote. Lodewijk werd vanaf 813 betrokken bij het bestuur van het rijk. In 816 werd hij tot keizer gekroond. Bij het Ordinatio imperii (817) regelde hij de deelneming van zijn zoons aan de regering: Lotharius werd mederegent en opvolger, Lodewijk de Duitser werd koning van Beieren en Pippijn (838) kreeg het bestuur over Aquitanië. Toen uit Lodewijks tweede huwelijk een zoon, Karel de Kale, geboren werd, veranderde Lodewijk door de intriges van zijn vrouw deze regeling, waarna zijn oudste zoons tegen hem in opstand kwamen. In 843 kwamen Lotharius, Lodewijk de Duitser en Karel de Kale tot het Verdrag van Verdun (Frankische Rijk).
Litt. J.Calmette,`effondrement d`un empire et la naissance `une Europe (1941); F.L.Ganshof, Over het idee van het keizerschap bij Lodewijk de Vrome (1953); L.Halphen, Charlemagne etlempire carolingien (1968); W.Wehlen, Geschichtsschreibung und Staatsauffassung im Zeitalter Ludwigs des Frommen (1970).
Lodewijk II, keizer van het Frankische Rijk (85575), *ca.820, ♱12.8.875 Brescia; oudste zoon van Lotharius I. Lodewijk werd in 844 koning van Lombardije, in 850 keizer en mederegent van het Frankische Rijk. Hij streed in Zuid-Italië met succes tegen de Arabieren. Lodewijk liet geen mannelijke opvolgers na.
Lodewijk III, de Blinde, keizer van het Frankische Rijk (901-05), *ca.880, ♱sept. 928; kleinzoon van Lodewijk II, zoon van de Bourgondische koning Boso van Arelate. Lodewijk volgde in 887 onder regentschap zijn vader op. Hij werd in 91 tot keizer gekroond. Hij verwierf macht als koning van de Lombarden, maar werd in 905 door zijn rivaal Berengarius I van Italië overvallen en blind gemaakt. Daarna kon Lodewijk zich alleen nog in de Provence handhaven.
Lodewijk IV van Beieren (ook: de Beier), Duits koning-keizer (1314-47), *ca,1283, ♱11.10.1347 bij München. Lodewijk, een Wittelsbach, werd in 1314 door vijf keurvorsten tot koning gekozen; de anderen steunden de Habsburger Frederik de Schone, die in 1322 door Lodewijk werd overwonnen en gevangen genomen, maar in 1325 vrijgelaten en tot mederegent verheven werd. Lodewijk werd in 1323 wegens zijn optreden in Italië door paus Johannes xxii in de ban geslagen; hij beschuldigde de paus toen van ketterij. Hij liet zich in 1328 door vertegenwoordigers van het Romeinse volk tot keizer kronen en Nicolaas v tot tegenpaus verheffen. I deze strijd gebruikte Lodewijk de steun van belangrijke figuren als Marsilius van Padua en Ockham. Lodewijk versterkte de macht van het Wittelsbachse huis aanzienlijk.
Door zijn tweede huwelijk in 1324 met Margareta van Beieren, gravin van Henegouwen, Holland en Zeeland, verwierf hij deze gewesten voor zijn zonen. In 1323 verschafte hij zijn gelijknamige oudste zoon Brandenburg. Deze zoon huwde in 1342 Margareta Maultasch van Tirol, wier eerste huwelijk met een telg uit het huis-Luxemburg Lodewijk ongeldig verklaarde. Het gevolg was dat het huis-Luxemburg zich met paus Clemens VI verbond en Karel IV tot tegenkoning werd gekozen (1346). Nog voor de militaire beslissing viel, stierf Lodewijk.
LITT. R.Moeller, Ludwig der Bayer und die Kurie im Kampt um das Reich (1914); F.Bock, Reichsidee und Nationalstaaten vom Untergang des alten Reichs bis 1341 (1944); M.Spindler, Handb. der bayer. Gesch. (1969).
FRANKRIJK
Lodewijk I (Lodewijk de Vrome), zie onder Frankische EN DUITSE KEIZERS.
Lodewijk II de Stamelaar, koning van het Westfrankische Rijk (877-879), *1.11.846, ♱lO.4.879 Compiègne. Lodewijk was de opvolger van zijn vader Karel de Kale.
Lodewijk III, koning van het Westfrankische Rijk (879[882), *863, ♱25.8.882 Saint-Denis; zoon van Lodewijk II. Lodewijk moest bij het Verdrag van Ribémont (880) een deel van Lotharingen aan Lodewijk m van Oost-Frankenland afstaan. In aug. 881 versloeg hij de Noormannen. Zijn broer Karloman volgde hem in het hele rijk op.
Lodewijk IV d`Outremer (van Overzee), koning van het Westfrankische Rijk (935-954), *921, ♱lO.9. 954 Reims, zoon van Karel III de Eenvoudige. Lodewijk werd na de dood van Rudolf van Bourgondië die in 923 zijn vader had verslagen en afgezet, teruggeroepen vanuit Engeland. Hij wist zich te handhaven tegen graaf Hugo van Parijs en de invallen van de Hongaren door steun van Otto I van Duitsland.
Lodewijk V le Fainéant (de Luie), koning van het Westfrankische Rijk (986-987), *966, ♱21/22.
5. 987; zoon van Lotharius. Lodewijk was de laatste regerende Karolinger in het Westfrankische Rijk. Zijn macht was zeer beperkt.
Lodewijk VI de Dikke, koning van Frankrijk (110837), *1081, ♱l.8.1137 Parijs; zoon van Filips I, uit het huis Capet. Lodewijk VI versterkte de koninklijke macht door een jarenlange strijd tegen de binnenlandse baronnen, Engeland en Duitsland. Geleid door zijn raadsman Suger, abt van Saint-Denis, steunde Lodewijk de kloosterhervormingen van Citeaux (cisterciënzer). Suger schreef een belangrijke biografie over Lodewijk VI: Vita Ludovici Grossi (uitg.: door H.Waquet, 1929).
Litt. A.Luchaire Louis vi le Gros (1890; 2e dr. 1965).
Lodewijk VII, koning van Frankrijk (1137-80), *1120, ♱18.9.1180 Parijs; zoon van LodewijkVIi; gehuwd met Eleonora van Aquitanië. Lodewijk nam deel aan de mislukte Tweede Kruistocht (1147 -49). In 1152 liet hij zich scheiden van Eleonora. Zij huwde toen met Hendrik II Plantagenet, die koning van Engeland werd en Aquitanië in handen kreeg. Hierdoor ontstond de Frans-Engelse strijd, die pas door de Honderdjarige Oorlog (1337—1453) werd beslecht.
LITT. M.Pacaut, Louis VII et son royaume (1964).
Lodewijk VIII de Leeuw, koning van Frankrijk (1223-26), *5.9.1187, ♱8.ll.1226 Montpensier; zoon van Filips II Augustus. Lodewijk was enige tijd tegenkoning in Engeland, maar kon zich niet handhaven. Hij streed tegen de albigenzen en veroverde in 1223 Poitou op de Engelse koning Hendrik III.
Lodewijk IX de Heilige, koning van Frankrijk (122670), *25.4.1214 Poissy, ♱23.8.1270 bij Tunis. Lodewijk stond aanvankelijk onder regentschap van zijn moeder Blanche van Castilië, die tot haar dood (1252) grote invloed behield. In 1229 maakte hij een einde aan de opstand der albigenzen. Door krachtig optreden tegen zijn vazallen, die de steun van de Engelse koning Hendrik III genoten, versterkte Lodewijk IX het koninklijk gezag.
Hij nam deel aan de Zevende Kruistocht (1248). Lodewijk werd gevangen genomen en keerde pas in 1254 naar Frankrijk terug. Lodewijk werd (ook internationaal) zeer gerespecteerd wegens zijn rechtvaardig bestuur. Bij de Vrede van Parijs (1258) liet Lodewijk Engeland in het bezit van Zuidwest-Frankrijk, onder erkenning van de Franse koning als suzerein. Met bestuurlijke hervormingen begon Lodewijk een centralisatiepolitiek. De hofraad werd verdeeld in een centrale koninklijke rechtbank (Parlement van Parijs) en een rekenkamer voor de financiën.
In 1269 ging Lodewijk weer op kruistocht; bij Tunis overleed hij aan de pest. In 1297 werd hij heilig verklaard.
LITT. L.Buisson, König Ludwig lX und das Recht (1954); M.Bloch, La France sous les derniers Capétiens, 1223-1328 (1958); M.W.Labarge, The life of Louis IX of France (1968); H.P.Eydoux, Saint Louis et son temps (1971); R.Pernoud e.a., Le siècle de Saint Louis (1972); .Carolus-Barré (red.), Septième centenaire de la mort de Saint Louis (1976).
Lodewijk X le Hutin (de Eigenzinnige), koning van Frankrijk (1314-16), *4.10.1289 Parijs, ♱4.6.1316 Vincennes; zoon en opvolger van Filips IV. Lodewijk ondervond veel weerstand van adel en geestelijkheid. Zijn postume zoon Jan I leefde slechts enkele dagen, zodat hij feitelijk werd opgevolgd door zijn broer Filip V de Lange.
Lodewijk XI, koning van Frankrijk (1461—83), *3. 7.1423 Bourges,♱f30.8.1483 Plessis-les-Tours; zoon en opvolger van Karel VII. Lodewijk verzette zich aanvankelijk tegen zijn vader en verbleef van 145661 in ballingschap. Na zijn troonsbestijging zette hij de politiek van zijn vader voort door te ijveren voor de versterking van het centrale gezag. Zo kwam hij in conflict met zijn vazallen die zich in 1465 tegen hem verbonden in de Ligue du Bien Public onder leiding van de Bourgondische hertog Karel de Stoute. Lodewijk wist echter steeds zijn vijanden te verdelen door verregaande concessies die hij nadien weer ongedaan kon maken. De macht van Karel de Stoute wist hij te breken door de Luikenaren tegen hem op te ruien (1468), diens bondgenootschap met de Engelse koning Eduard IV te ondermijnen (1475) en uiteindelijk de Zwitsers en Lotharingers in opstand te brengen.
Na Karel`s dood (1477) maakte Lodewijk zich geleidelijk meester van diens lenen in Frankrijk, terwijl de opgeëiste erfenis van Anjou (1473), Maine en Provence (1481) bijna geheel Frankrijk tot kroondomein maakte. Ook in de economische politiek streefde Lodewijk XI eenmaking na, zodat hij geldt als de eerste moderne vorst in Frankrijk. Ondanks de enorme opgelegde financiële lasten, kon hij op de stedelijke burgerij steunen, waaruit hij de ambtenaren recruteerde. Hij bevorderde de handel en stichtte nieuwe jaarmarkten te Lyon, Caen en Rouen. Zijn laatste jaren bracht hij in afzondering door. De Mémoires van Lodewijk`s minister van Buitenlandse Zaken Philippe de Commynes (1524-28; uitg. door J.Calmette, 1924-25) zijn belangrijk voor de kennis van zijn politiek.
Uitgave: Lettres de Louis XI, door E. Charavay en J.Vaesen (11 dln. 1883—1909).
LITT. J.Calmette, Le grand règne de Louis XI (1938); R.Gandilhon, Politique économique de Louis XI (1941); P.Champion, Le roi Louis XI (1944); J.Calmette, Autour de Louis xi (1947); A. Bailly, Louis XI (1960); K.Bittman, Ludwig XI. und Karl der Kühne (2 dln. 1964); T.Basin, Hist. de Louis XI (2dln. 1963 66);P.Kendall, Louis XI,the universal spider (1970); P.R.Gaussin, LouisXIi, roi méconnu (1976).
Lodewijk XII, koning van Frankrijk (1498-1515), *27.6.1462 Blois, ♱.1.1515 Parijs; zoon van Karel van Orléans. Lodewijk volgde in 1498 Karel VIII op en huwde diens weduwe Anna van Bretagne, nadat hij zijn eerste vrouw, de zuster van zijn voorganger, verstoten had. Lodewijk zette de Italiaanse politiek van zijn voorganger voort. Nadat hij Milaan veroverd had (1499), verbonden zijn Italiaanse tegenstanders zich in de Heilige Liga onder leiding van paus Julius 11 en versloegen hem in 1513 bij Novara.
LITT. R.Mousnier e.a., Le Conseil du Roi de Louis XII á la Révolution (1970).
Lodewijk XIII, koning van Frankrijk (161043), *27. 9.1601 Fontainebleau, ♱14.5.1643 Saint-Germainen-Laye; zoon van Hendrik IV. Lodewijk volgde zijn vader op onder regentschap van zijn moeder Maria de Medici (tot 1614). In 1615 huwde hij met de Spaanse prinses Anna. Lodewijk liet zich leiden door zijn vertrouweling Luynes, die na de moord op Mari`s gunsteling Concini (1617) in feite de macht uitoefende. Vanaf 1624 liet Lodewijk de regering over aan Richelieu, die in 1642 werd opgevolgd door Mazarin.
LITT. H.Methivier, Le siècle de Louis XIII (1961); P.Erlanger, Louis XIII, le stoïcien de la monarchie (1972).
Lodewijk XIV le Grand (de Grote), koning van Frankrijk (1643-1715), *5.9.1638 Saint-Germainen-Laye, ♱l.9.1715 Versailles; zoon en opvolger van Lodewijk XIII; gehuwd (1660) met de Spaanse prinses Maria Theresia. Lodewijks moeder, de Spaanse Anna van Oostenrijk, was regentes tot 1651 en liet het bestuur over aan kardinaal Mazarin, die eerste minister bleef tot zijn dood in 1661. Daarna nam Lodewijk zelf het bestuur in handen; hij oefende een absoluut gezag uit (l`état cest moi) en omringde zich met zeer bekwame ministers (Colbert, De Lionne, Le Tellier, De Louvois) en bevelhebbers (Turenne, Louis n de Condé, De Luxembourg). Zij bouwden een sterk gecentraliseerde bureaucratie op en bevochten aanzienlijke gebiedsuitbreiding (o.a. Devolutieoorlog, 1667-68). Lodewijk, le Roi-Soleil (de Zonnekoning), was het middelpunt van een schitterend hofleven in het pasgebouwde Versailles.
De Franse cultuur werd toonaangevend in heel Europa. De zware lasten putten echter het land uit. Lodewijks streven naar expansie leidde tot aaneensluiting van zijn vijanden, en zijn latere medewerkers waren minder bekwaam dan hun voorgangers, zodat in de jaren tachtig een neergang begon. Madame de Maintenon, met wie hij in 1684 een geheim huwelijk aanging, kreeg in deze periode grote invloed. Lodewijks herroeping van het Edict van Nantes (1685) leidde tot een uittocht van honderdduizenden hugenoten wat de Franse economie ernstige schade berokkende, de slepende Negenjarige Oorlog (1688-97) leverde weinig resultaat op en een laatste krachtsinspanning, de Spaanse Successieoorlog (1702-13), om zijn kleinzoon Filips v de Spaanse erfenis te verschaffen, eindigde in een algehele uitputting van Frankrijk. Deze tegenslagen en persoonlijke verliezen versomberden Lodewijks laatste levensjaren. Uitgave: Lettres de Louis XIV, door P.Gaxotte (1930).
LITT. Voltaire, Le siècle de Louis XIV (2 dln. 1751); H.Méthivier, Le siècle de Louis XIV (1950); Duc de la Force, Louis XIV et sa cour (1956); P. Erlanger, Louis XIV (1965); P.Goubert, Louis XIV et vingt millions de Français (1966; D.Ógg, Louis XIV (2e dr. 1967); J.Levron, La vie quotidienne a la cour de Versailles aux XVIIme et XVIIIme siècles (1972); J.C.Rule (red.), Louis XIV and the craft of kingship (1975); R.Hatton (red.), Louis XIV and absolutism (1976); R.Hatton (red.), Louis XIV an Europe (1976); J.Dinfreville, Louis XIV (1977).
Lodewijk XV, koning van Frankrijk (1715-74), *15. 2.1710 Versailles, ♱lO.5.1774 Versailles; achterkleinzoon en opvolger van Lodewijk XIV. Lodewijk stond tot 1723 onder regentschap van Filips van Orléans en van 1723-26 onder dat van Louis Henri de Condé, die zijn huwelijk met de Poolse Maria Leszczinska organiseerde (1725). Na het bestuur van Fleury (1726—43) deed Lodewijk enige pogingen zelf te regeren, maar besteedde meer aandacht aan zijn maitresses, o.a. madame de Chateauroux, madame de Pompadour en madame Dubarry. Madame de Pompadour had een belangrijk aandeel in het renversement des alliances, dat gevolgd werd door de voor Frankrijk rampzalige Zevenjarige Oorlog (1756-63). Madame Dubarry bracht de bekwame diplomaat Choiseul-Amboise ten val (1770). Tegen het einde van zijn regering had Lodewijk zijn populariteit geheel verloren.
Hij had een voorkeur voor een geheime, particuliere diplomatie. Uitgave: Correspondance secrète sur la politique étrangère, door G.Boutaric (2 dln. 1866).
LITT. G.P.Gooch, Louis xv (1957; Ned. vert. 1958); H.Méthivier, Le siècle de Louis xv (1966); G.Janneau, l´époque de Louis xv (1967); P.del Perugia, Louis xv (1976).
Lodewijk XVI, koning van Frankrijk (1774 -92), *23. 8.1754 Versailles, ♱(terechtgesteld) 21.1.1793 Parijs; kleinzoon van Lodewijk xv; in 1770 gehuwd met Marie-Antoinette van Oostenrijk. Lodewijk toonde na zijn troonsbestijging weinig bestuurstalent en wilskracht. De onder Lodewijk xv opgeheven parlementen werden hersteld en kwamen in verzet tegen de hervormingsplannen van minister Turgot, die in 1776 ontslagen werd. De financiële toestand werd steeds slechter door een oorlog tegen Engeland (1778-83) en de politiek van de ministers Necker, Calonne en Loménie de Brienne. Necker, die met zijn compte rendu de aandacht op de hoge onkosten van het hof vestigde, moest aftreden, maar werd in 1788 opnieuw minister. Hij drong aan op een bijeenkomst van de Staten-Generaal (5.5. 1789), die het begin werd van de Franse Revolutie.
Lodewijk, die bleef aarzelen ten opzichte van politieke hervormingen, werd in okt. 1789 naar Parijs gevoerd. Op 20.6.1791 werd hij tijdens een vluchtpoging te Varennes gegrepen en gedwongen de constitutie te aanvaarden. Het wantrouwen tegen Lodewijk, nog versterkt door zijn onwil een krachtige oorlogspolitiek te steunen en het manifest van de hertog van Brunswijk, kwam tot uiting in de bestorming van de Tuilerieën (10.8.1792). De koning zocht bescherming bij de Nationale Vergadering, maar werd afgezet en in de Temple opgesloten. Lodewijk werd schuldig bevonden aan hoogverraad, op 16.1.1793 ter dood veroordeeld en kort daarna geguillotineerd.
LITT. P.Lafue, Louis XVI (1942); A.Soboul, Le procés de Louis XVI (1966); M.Vovelle, La chute de la monarchie, 1787-92 (1972).
Lodewijk XVII, Frans dauphin, *27.3.1785 Versailles, ♱8.6.1795(7) Parijs; tweede zoon van Lodewijk xvi. Lodewijk werd in 1789 dauphin. Hij werd op 13.8.1792 in de Temple opgesloten, na de dood van zijn vader door de émigrés tot koning uitgeroepen en in 1795 als overleden opgegeven. Het is twijfelachtig of het betrokken kind inderdaad de zoon van Lodewijk XVI was. Van de vele personen die zich later uitgaven voor Lodewijk, heeft geen een afdoend bewijs van zijn identiteit kunnen geven, hoewel over de afkomst van Naundorff, die in 1845 onder Lodewijks naam te Delft werd begraven, de discussie voortduurt.
LITT. D.P.Oosterbaan, Het Naundorff-mysterie (1951); R.Reicher-Sgradi, La survie de Louis XVII (1967).
Lodewijk XVIII, koning van Frankrijk (1814/15-24), *17.11.1755 Versailles ♱16.7.1824 Parijs; jongere broer van Lodewijk XVI. Lodewijk begreep beter dan zijn broers wat de Franse Revolutie betekende en vluchtte dan ook in 1791. Hij stelde zich aan het hoofd van de émigrés te Koblenz. Na de executie van Lodewijk XVI proclameerde hij zich tot regent van Frankrijk en in 1795, na de veronderstelde dood van Lodewijk XVII, tot koning. In 1814 werd hij op de troon hersteld en vaardigde hij een charte constitutionelle uit, omdat hij inzag dat het ancien régime niet was te herstellen. Tijdens de Honderd Dagen week hij opnieuw uit.
Na zijn herstel op de troon streefde hij vanaf 1815 enigszins naar matiging. Door de moord op de hertog van Berry (1820) liet hij zich echter in het kamp van de ultrareactionairen drijven. Op het eind van zijn leven stond hij sterk onder de invloed van zijn broer, de graaf van Artois, die hem als Karel X opvolgde.
Litt. J.Lucas-Dubreton, Louis XVIII (1952); A. Castelet, Louis XVIII (1960); R.de Castries, Louis XVIII (1968).
HOLLAND
Lodewijk Napoleon, koning van het koninkrijk Holland (1806-10), *2.9.1778 Ajaccio, ♱25.7.1846 Livorno; broer van de Franse keizer Napoleon I, vader van Napoleon III. Lodewijk Napoleon nam deel aan Napoleons veldtochten in Italië en Egypte en werd in 1802 gedwongen tot een huwelijk met Napoleons stiefdochter Hortense de Beauharnais. Hij werd als koning afgezet wegens onvoldoende behartiging van de Franse belangen. Tot 1814 verbleef hij in Oostenrijk als graaf van Saint-Leu. Tijdens de Honderd Dagen hield hij zich afzijdig. Werken: Documents historiques et réflexions sur le gouvernement de la Hollande (3 dln. 1820).
LITT. H.T.Colenbrander, Schimmelpenninck en koning Lodewijk Napoleon (1911); A.Duboscq, Louis Bonaparte en Hollande d`après ses lettres (1911); G.A.Evers, Utrecht als koninklijke residentie (1941); D.Labarre de Raillicourt, Louis Bonaparte (1963); T.Spaans-van der Bijl, Lodewijk Napoleon (1967).
HONGARIJE
Lodewijk I de Grote, koning van Hongarije (134282) en koning van polen (1370—82), *5.3.1326 Visegrad, ♱11.9.1382 Tyrnau; zoon van Karel Robert van Anjou. Na de moord op zijn broer Andreas, koning van Napels, ondernam Lodewijk een wraakcampagne in Italië, streed met succes tegen Venetië, noopte deze staat tot afstand van Dalmatië (1381), breidde ook elders op de Balkan zijn gezag uit en benutte de vervolging der bogomielen ten behoeve van zijn expansie in Bosnië. Hij werd opgevolgd door zijn twee dochters, in Hongarije door Maria, in Polen door Jadwiga.
Lodewijk II, koning van Hongarije (1516-26), *1.7. 1506, ♱(verdronken) 29.8.1526 bij Mohacs. Lodewijk, de laatste Hongaarse koning uit de dynastie Jagiello, was (ook al door zijn leeftijd) een speelbal van clerus en adel, die met hun onderlinge machtsstrijd Hongarije dermate verzwakten, dat het de oprukkende Turken geen weerstand meer kon bieden. Na de nederlaag bij Mohacs verdronk Lodewijk op de vlucht.
Lodewijk was sinds 1522 gehuwd met Maria van Oostenrijk, de latere landvoogdes in de Nederlanden. De opvolging was door huwelijksverdragen met de Habsburgers geregeld, die bepaalden dat zijn landen aan Ferdinand I van Oostenrijk zouden toevallen.
LUIK
Lodewijk van Bourbon, bisschop van Luik (1456-82), *1438, ♱(gesn.) 30.8.1482 Luik; zoon van Karel I van Bourbon en Agnes, dochter van de Bourgondische hertog Jan zonder Vrees. Dank zij zijn oom Filips de Goede van Bourgondië werd hij gekozen tot bisschop van Luik. Hij was in voortdurend conflict met zijn onderdanen (knuppelslagers), die door de Franse koning Lodewijk xi werden gesteund. Zelf kreeg Lodewijk steun van de Bourgondische hertog Karel de Stoute, die in 1468 de stad plunderde en verwoestte. In 1482 sneuvelde Lodewijk in de strijd tegen Willem van der Mark. De regering van de lichtzinnige en wrede Lodewijk betekende een dieptepunt in de Luikse geschiedenis.
NASSAU
Lodewijk van Nassau, Duits edelman, *10.1.1538 kasteel Dillenburg, ♱(gesn.) 14.4.1574 Mookerheide; derde zoon van Willem de Rijke van Nassau-Dillenburg en Juliana van Stolberg, broer van prins Willem van Oranje. Lodewijk verbleef sinds 1556 in de Nederlanden. Hij was lutheraan en vertegenwoordigde in het Verbond der Edelen het nietcalvinistische element. Hij leidde gedurende het voorspel van de Tachtigjarige Oorlog op 30.7.1566 de aanbieding van het tweede smeekschrift en ging in 1567 bij de komst van Alva naar Duitsland. Hij leidde in 1568 de inval in Groningen, overwon bij Heiligerlee, maar werd op 21.7.1568 verslagen bij Jemgum. Lodewijk streed in de volgende jaren met de hugenoten tegen de Franse regering en werd in Frankrijk calvinist.
Hij nam in 1574 de leiding op zich van een inval in de Nederlanden ten einde de Spanjaarden te noodzaken hun troepen voor Leiden terug te trekken. Lodewijk sneuvelde in de slag op de Mookerheide.
LITT. P.J.van Herwerden, Het verblijf van Lodewijk van Nassau in Frankrijk 1568—72 (1932); P.J. van Herwerden, Lodewijk van Nassau (1939); H. F.Röttsches, Luthertum und Calvinismus in Nassau-Dillenburg (1953).
OOSTFRANKISCHE RIJK
Lodewijk I (= Lodewijk de Vrome), zie onder FRANKISCHE EN DUITSE KEIZERS.
Lodewijk II de Duitser, koning van het Oostfrankische Rijk (843-76), *ca.804, ♱28.8.876 Frankfort aan de Main; zoon van keizer Lodewijk I de Vrome. Na zijn vaders dood (840) verbond Lodewijk zich met zijn halfbroer Karel de Kale tegen zijn oudste broer Lotharius I. In 843 werd de strijd beslecht bij het Verdrag van Werdun, dat Lodewijk in het bezit van alle Frankische gebieden ten oosten van de Rijn en Aare stelde. In 870 verwierf Lodewijk bij het Verdrag van Meerssen Oost-Lotharingen. litt. G.Tellenbach, Die Entstehung des deutschen Reiches (1947); W.Schlesinger, Die Auflösung des Karlsreiches (1965).
Lodewijk III, de Jongere, koning van het Oostfrankische Rijk (876-82), *ca.830, ♱882 Frankfort aan de Main; zoon en opvolger van Lodewijk II. Lodewijk versloeg zijn oom Karel de Kale (876) en kon in 880 de grenzen van zijn rijk krachtens het Verdrag van Ribémont met Lodewijk III van het Westfrankische Rijk, naar het westen opschuiven. litt. P.Kerr, Die Kanzleien Karlmanns und Ludwig des Jüngeren (1933).
Lodewijk IV het Kind, koning van het Oostfrankische Rijk (900-11), *893, ♱911; zoon van Arnulf van Karinthië. Lodewijk kwam onder regentschap van Hatto I van Mainz. Onder zijn regering vielen de Hongaren Duitsland binnen en negeerden de hertogen steeds meer het koninklijk gezag. Met Lodewijk stierven de Oostfrankische Karolingen uit. litt. P.Kerr, Die Kanzlei Ludwigs des Kindes (1939).
PORTUGAL
Lodewijk I, koning van Portugal (1861-89), *31.10. 1838 LVv. Lodewijk werd geconfronteerd met republikeinse agitaties en intriges binnen het hof en de regering; hij greep niet krachtig in. In 1869 weigerde hij de Spaanse kroon. Lodewijk boekte succes in zijn koloniale politiek: op de Kongo-Conferentie in 1885 kon hij de Oostafrikaanse gebieden voor Portugal behouden.
VLAANDEREN
Lodewijk van Nevers, graaf van Vlaanderen, Nevers en Rethel (1322-46), *ca,1304 ♱(gesn.) 25.8.1346 Crécy. Lodewijk volgde zijn grootvader Robrecht I van Béthune op, daar zijn vader even voor diens dood was overleden. Zijn regering stond sterk onder Franse invloed. De zware belastingen die hij hief, tot uitvoering van het Verdrag van Athis-sur-Orge, leidden tot een opstand van de Vlaamse kuststreek, die slechts met behulp van Franse troepen kon worden bedwongen (Slag bij Kassel, 1328). In het voorspel van de Honderdjarige Oorlog koos Lodewijk partij voor Frankrijk. Toen de tegenmaatregelen van Engeland (verbod van woluitvoer naar Vlaanderen) de Vlaamse economie ontredderden, kwam het land onder Jacob van Artevelde in verzet en nam Simon van Mirabello het bewind in handen als ruwaard (1338).
Hierop verliet Lodewijk Vlaanderen, streed in de rangen van het Franse leger en sneuvelde in de Slag bij Crécy-en-Ponthieu.
LITT. H.S.Lucas, The Low Countries and the Hundred Years War 1326-47 (1929); P.Rogghé, Vlaanderen en het zevenjarig beleid van Jacob van Artevelde (1952).
Lodewijk II van Male, graaf van Vlaanderen, Nevers en Rethel (1346-84), *29.11.1330 Male (bij Brugge), ♱30.1.1384 Sint-Omaars; zoon van Lodewijk I van Nevers. Lodewijk verwierf, in naam van zijn echtgenote Margareta van Brabant door de Vrede van Aat (1357) Antwerpen en Mechelen en het recht de titel hertog van Brabant te voeren. Ter gelegenheid van het huwelijk van zijn dochter Margareta van Male met Filips de Stoute van Bourgondië (1369) verkreeg hij van Frankrijk de teruggave van Waals-Vlaanderen. Bij de dood van zijn moeder Margareta van Artois (1382) erfde hij Artois en Franche-Comté. Terwijl zijn vader door toedoen van Jacob van Artevelde in zijn laatste jaren in feite van het gezag beroofd was, wist Lodewijk van 1347-49 zijn macht effectief te vestigen. Na korte tijd brak hij ook met de francofiele politiek van zijn vader.
In de Honderdjarige Oorlog was zijn houding eerder afzijdig. Reeds in 1348 sloot hij vrede met Engeland, wat het door zijn onderdanen gewenste herstel van de handelsbetrekkingen meebracht. Ook na het huwelijk van zijn dochter Margareta bleef hij neutraal en ging zelfs zover de Engelsgezinde paus van Rome, en niet de Fransgezinde van Avignon te erkennen. In Vlaanderen leidde zijn centralisatiepolitiek tot een conflict met Gent (1379), waarvan hij het einde niet meer beleefde. Nadat hij op het Beverhoutsveld bij Brugge door Filips van Artevelde was verslagen (1382), zocht hij noodgedwongen hulp bij de Franse kroon, die voor hem te Westrozebeke wraak nam (1382). litt. F.Quicke, Les Pays-Bas á la veille de l`unification bourguignonne, 1356-1384 (1947); H.van Werveke, De muntslag in Vlaanderen onder Lodewijk van Male (1949); P.Rogghé, De politiek van graaf Lodewijk van Male (1964).