Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 27-06-2020

kruim

betekenis & definitie

v./m./o. (-en),

1. (thans vnl. in verkleinvorm) kruimel;
2. het zachte binnenste van het brood;
3. (gew.) het fijnste, beste deel van iets; pit, verstand: daar steekt in;
4. droge, korrelige substantie waarin aardappelen na koken ten dele of geheel overgaan: de aardappels zijn tot gekookt.

< >